Buitenland

Straf van 40 jaar in vliegtuigterreurproces

LONDEN (AP) – Een rechter in Londen heeft de hoofdverdachte in het Britse vliegtuigterreurproces maandag tot minstens veertig jaar gevangenisstraf veroordeeld. Drie medeverdachten kregen iets lichtere, maar ook zeer zware straffen.

14 September 2009 21:40Gewijzigd op 14 November 2020 08:40

De 28–jarige Abdulla Ahmed Ali werd vorige week door een jury schuldig verklaard aan een complot om verkeersvliegtuigen met bestemmingen in Canada en de VS op te blazen met in frisdrankflessen aan boord gesmokkelde vloeibare explosieven. Volgens de aanklagers was Ali het brein achter de samenzwering.Twee medebeklaagden, Assad Sarwar (29) en Tanvir Hussain (28), kregen respectievelijk 36 en 32 jaar gevangenisstraf. Een vierde verdachte, de 31–jarige Umar Islam, kreeg 22 jaar. De jury was er niet zeker van of hij wist dat het doel was vliegtuigen op te blazen. Voor drie andere verdachten is een nieuw proces verzocht.

De ontdekking van het complot in augustus 2006 leidde tot chaos op de vliegvelden. Het is een van de redenen dat passagiers nu nog maar beperkte hoeveelheden vloeistoffen mee aan boord mogen nemen.

Rechter Richard Henriques zei dat het plan was een terreurdaad te beramen die de geschiedenis zou ingaan als gelijkwaardig aan die van 11 september 2001 in de Verenigde Staten. De aanslagen in de VS kostten destijds bijna drieduizend mensen het leven.

Volgens Henriques was het plan om de explosieven te stoppen in flessen waarin Lucozade of Oasis soda had gezeten. Er zou een kleurstof worden toegevoegd om de originele kleur van de frisdrank te herkrijgen.

De onderzoekers schatten dat de aanslagen ongeveer tweeduizend vliegtuigpassagiers het leven zouden hebben gekost. Als de bommen boven Amerikaanse en Canadese steden waren ontploft, zouden nog eens honderden mensen op de grond zijn omgekomen.

Het doel was zeven vluchten van de Londense luchthaven Heathrow naar New York, Washington, San Francisco, Toronto, Montreal en Chicago (tweemaal) op te blazen. Britse en Amerikaanse inlichtingenmedewerkers zeiden dat er er rechtstreekse contacten tussen de samenzweerders en Al–Qaida in Pakistan bestonden. De boodschappen zouden in code per e–mail zijn verzonden.

De advocaat van Sarwar, Malcolm Bishop, voerde aan dat er nog geen enkele bom was gemaakt en dat de samenzweerders evenmin tickets hadden besteld. Hij wees er ook op dat het wetenschappers pas na 58 pogingen in een halfjaar was gelukt op de geschetste wijze één bom te fabriceren. Daarvoor was een bedrag van ongeveer 650 duizend pond (737 duizend euro) nodig geweest.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer