Nu staan er tegenover elke AOW’er nog vier werkenden, met de snel teruglopende beroepsbevolking zijn dat er in de toekomst nog maar twee. Dat probleem wegwimpelen is „de kop in het zand steken” en „asociaal” aldus Donner.Hij richtte zich daarmee, zonder ze te noemen, voornamelijk richting de SP, de vakcentrale FNV en critici binnen de PvdA die tegen de verhoging van de pensioenleeftijd zijn. De regeringspartijen CDA, PvdA en ChristenUnie besloten daartoe toen ze het eind maart eens werden over een crisisakkoord. Maar binnen de PvdA bestaat veel weerstand. „Er staat een handtekening. Je mag ervan uitgaan dat die wordt nagekomen”, antwoordde Donner op de suggestie dat de PvdA-fractie wellicht terug zou willen krabbelen.

De werkgevers en werknemers kregen van het kabinet in maart tot 1 oktober de tijd om een alternatief te bedenken dat net als de verhoging 4 miljard euro moet opleveren. Maar volgens Donner gaat het om meer dan louter het bedrag van 4 miljard. Er moet een structurele oplossing komen voor een structureel en fundamenteel probleem, dat van de vergrijzing die gepaard gaat met een krimpende beroepsbevolking, die over tien jaar 1 miljoen werknemers kleiner is.

Ook de kosten van de zorg nemen toe, als gevolg van de gestegen levensverwachting. Tegelijkertijd verliest Nederland als gevolg van de huidige recessie ongeveer 10 procent van de collectieve welvaart. De hele verzorgingsstaat wordt volgens Donner de komende jaren twee keer zo duur als nu.

Dat nu ook Wilders zich in het kamp van de tegenstanders tegen de verhoging van de pensioenleeftijd is, maakt op Donner weinig indruk. „Tegenstellingen oproepen voor politiek gewin is o zo makkelijk. Ze oplossen, daar is de echte politiek voor”.