Tweeërlei
„…dien zal ik vergelijken bij een voorzichtig man, die zijn huis op de steenrots gebouwd heeft…”Mattheüs 7:27
Zo zien we hier tot slot van de Bergrede een ernstige waarschuwing van deze getrouwe Leraar. Niet alleen de loutere hoorders, maar ook de daders van Zijn woorden deden de wil van Zijn Vader, Die in de hemel is.Ook sprak Jezus deze rede ter opheldering van Zijn gelijkenis over tweeërlei mensen, van wie de een zijn huis op een steenrots bouwde en de ander op een zandgrond. Als nu velen die heden aan het avondmaal zijn geweest met vele andere uiterlijke belijders zich bedaard bij deze stof neerzetten, vinden zij hun gedaante in deze gelijkenis terug in die dwaze man die zijn huis op de zandgrond heeft gebouwd. Het is waar, elk wil nog wel zalig worden en heeft enige zucht om eens na dit leven gelukkig te wezen. Hoe goddeloos hij ook leefde, het geweten ontwaakt nu en dan wel eens met een vluchtige wens als die van Bileam: „Mijn ziel sterve den dood der oprechten, en mijn uiterste zij gelijk het zijne.”
Men wil met de oprechte nog wel sterven. Maar hier met de oprechte te leven en met zo’n tere en godzalige wandel voor God zoals God van de oprechte vordert –wandel voor Mijn aangezicht en zijt oprecht, gelijk Hij van Abraham eiste–, daar hebben de meeste van onze belijders geen lust toe.
(”Predikende en wonderdoende Christus”, 1752)