Noorden
In het stukje ”Siddeburen steeds rechtzinniger” (serie Kleine gemeenten in het Noorden) in RD 2-9 noemt de heer Bakker een rijtje gemeenten op die, net als Siddeburen, rechtzinnig zijn of zijn geworden.
Hieraan zou ik graag Bedum toevoegen, waar we van 1990 tot 1997 deel van uitmaakten. Met verwondering mochten we en mogen we zien dat ook daar al vele jaren een gemeente is die leeft uit de belijdenis dat de behoudenis is in niemand anders dan Jezus Christus (Hand. 4:12).A. Altena-Blommers
Dorpsstraat 9a
4194 TC Meteren
Niet alleen Spener keerde zich van de puriteinen af, maar ook Zinzendorf, wat in het verslag in RD 1-9 niet uit de verf komt. Marsha Schuchard laat in haar boek ”William Blake and the Sexual Basis of Spiritual Vision” duidelijk zien dat graaf Zinzendorf zijn wettische leermeester Francke niet alleen niet volgt, maar een libertinistischer weg inslaat.
Als echte achttiende-eeuwer probeert hij de Heiland in zijn preken te visualiseren, zoals de methodisten dat met hemel en hel doen.
In de leer gaande bij kabbala en rozenkruisers, die onder andere leren dat de cherubim op het verzoendeksel op de ark copuleren, ontwikkelt hij de leer van de echtelijke liefde als sacrament.
Aziatische bekeerlingen maken hem bekend met tantratechnieken, waarbij de seksuele vereniging van man en vrouw met God verenigt. Tijdens afwezigheid van de graaf brengt zoonlief Christel dit fysiek in praktijk met een aantal ingewijden.
Voor de graaf gaat dit te ver. Zinzendorf promoot vooral de schilderkunst. De Heiland moet op indringende manier afgebeeld worden.
Bovengenoemd boek laat zien dat er een lijn loopt van Zinzendorf en zijn zoon Christel naar de spiritualist Swedenborg, om ten slotte uit te komen bij de gnosticus William Blake, ongeëvenaard kunstenaar op grafisch gebied.
R. P. Kool
Gravinnelaan 3
3905 HG Veenendaal
In RD 1-9 las ik Nico van der Voets artikel over Stellenbosch. „De universiteit van Stellenbosch is de enige in Zuid-Afrika waar Afrikaans wordt gesproken”, en:
„Alle andere universiteiten zijn Engelstalig.”
Gelukkig klopt dat niet, helemaal niet.
Hoewel drietalig, is bij onze universiteit in Potchefstroom Afrikaans de hoofdtaal.
En bij mijn beste weten is het Afrikaans ook in Bloemfontein en Pretoria een belangrijke taal, indien het niet de belangrijkste is.
Het is wel zo dat het Afrikaans onder toenemende druk komt te staan.
Persoonlijk vermoed ik dat door de ‘val van Stellenbosch’ onze universiteit de rol zal overnemen als hoedster van de Afrikaanse taal.
Prof. dr. Benno A. Zuiddam
North West University
Potchefstroom Campus
Zuid-Afrika
Het is goed dat er aandacht is gevraagd voor de gevaren voor de volksgezondheid die de omschakeling van gloeilamp naar spaarlamp met zich mee kan brengen (RD 1-9).
Je hebt echt te maken met een ander lichtspectrum, dat overigens met behulp van geschikte pigmenten wel wat dichter bij het voor ons vertrouwde natuurlijke licht gebracht kan worden.
Maar ook een ander facet blijft vaak onderbelicht. Het is namelijk maar de vraag in hoeverre de spaarlamp werkelijk bijdraagt aan een beter milieu. We moeten niet vergeten dat elk elektrisch toestel nagenoeg zijn hele ‘energievoorraad’ omzet in warmte.
Dat geldt voor een elektrische kachel, voor een gloeilamp, voor een geluidsinstallatie. Ook een ventilator van 100 watt die op een snikhete dag op volle toeren draait, produceert alleen maar… 100 watt aan warmte. Vervang je dus een traditionele gloeilamp door een spaarlamp van lager vermogen, dan heb je wel evenveel licht, maar uiteindelijk toch een veel lagere warmteafgifte.
Dit betekent dat we ons van de energiebesparing niet zo erg veel moeten voorstellen als we spaarlampen binnenshuis gaan toepassen tijdens het stookseizoen.
Het is te voorzien dat de aardgasleverancier er blij mee zal zijn.
H. Ligtenberg
Regentesselaan 17
3905 GT Veenendaal
Een mooi initiatief van dr. B. Loonstra (RD 3-9) om voor- en tegenstanders van de kinderdoop met elkaar in gesprek te laten gaan.
Dr. Loonstra zegt dat er een patstelling over dit onderwerp is. Daar heeft hij gelijk in, maar door het gesprek zie ik geen doorbreking van deze patstelling. Een heikel punt bleef hoe de doop functioneert in relatie tot de toe-eigening van het heil. Dat is en bleef voor mij onduidelijk. Dat is en blijft (denk ik) het grote verschil van denken in onze gereformeerde gezindte.
Wat mij verbaasde, is dat de vervangingsleer helemaal niet ter sprake kwam. De doop in de plaats van de besnijdenis, zoals het klassieke formulier dat verwoordt. In mijn gedachten kan het niet anders dan dat je daar op zijn minst over nadenkt, als je zegt dat je de vervangingsleer hebt afgeschaft en niet meer leert. Het heeft alles met dit onderwerp te maken. Het is goed gereformeerd om het hoogste gezag toe te kennen aan de Schrift. Alle andere geschriften, hoe mooi ook, mag men niet gelijkstellen met de goddelijke Schriften (art. 7 NGB). Dat beamen wij allemaal wel, maar in de praktijk functioneert dit niet. Als de Heere het verbond met Abram opricht en dit steeds bevestigt in het nageslacht van Abraham, en als teken de besnijdenis geeft, Heeft dit na de komst van Christus geen betekenis meer voor Israël? Is dat nu voor de kerk?
Ontzettend veel vragen, die niet aan bod zijn gekomen in het gesprek van de vier heren en die in mijn visie cruciaal zijn voor het verstaan van de doop. Zo komen we nooit uit deze patstelling. De kerk in de plaats van Israël? Daar moeten we het eerst over hebben, dan hebben wij misschien een gemeenschappelijk uitgangspunt.
F. Bakker
Langestraat 50a
3861 BN Nijkerk