Aanslag nooit helemaal te voorkomen
Apeldoorn heeft meer dan welke gemeente ook maatregelen genomen om problemen op Koninginnedag te voorkomen. Het mocht niet baten. De conclusie na drie dikke rapporten: Een aanslag is nooit helemaal te voorkomen.
Niets lijkt Apeldoorn aan het toeval te hebben overgelaten om Koninginnedag 2009 ”veilig, ongehinderd, feestelijk en ordentelijk” te laten verlopen. De politie trekt alle verloven in. Omliggende korpsen leveren op verzoek extra agenten, motorrijders, ME’ers en videoteams, terwijl de marechaussee bikers van Schiphol laat invliegen. Zelfs de inzet van Duitse agenten komt ter sprake.De politie screent alle gasten van hotels en campings in de omgeving, scant kentekens rond Apeldoorn om verdachte patronen te ontdekken en stuurt tijdens de feestelijkheden agenten in burger de straat op om het publiek te observeren.
Apeldoorn is bang voor bommen. Op 30 april start de politie om 5.30 uur een reeks bomchecks. Explosievenverkenners en -honden kammen Oranjepark en Paleis het Loo uit. Ook de Grote Kerk, de route over de Loolaan en de beveiligde schuilplaatsen voor de koningin („safehouses”) ondergaan een minutieus onderzoek.
Een arrestatieteam van de politie Noord- en Oost-Gelderland duikt in de vijver van het Oranjepark naar explosieven. Om 09.24 uur kan de organisatie opgelucht ademhalen. Apeldoorn is bomvrij, de koningin kan komen.
De nationale feestdag start zonnig en feestelijk. Onverwacht slaat echter het onheil toe. Een zwarte Suzuki boort zich om 11.51 uur een weg door het publiek en zaait dood en verderf. De chef ordehandhaving noteert in zijn logboek: ,Aanrijding op De Naald. Spoed ambulances. Zoveel mogelijk ambulances, motorrijders en traumaheli.”
De hulpverlening komt snel op gang. Ondanks de hectische, chaotische situatie verloopt de aanpak van het dodelijke incident gesmeerd, op een paar kleine puntjes na, concludeert de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid.
De communicatie is echter een puinhoop. Het aantal telefoontjes via het gsm-netwerk stijgt net na de aanslag met 200 procent. Alleen de meldkamer ambulance neemt in drie uur tijd al 1000 C2000-contacten en 500 telefoontjes aan.
Het communicatiesysteem van de hulpdiensten C2000 geeft tien minuten lang de melding ”systeem overbelast”. „De portofoons sprongen veel op error”, constateert de Commandant van de dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging (DKDB).
De burgemeester belt de loco-burgemeester. De verbinding valt weg. De loco-burgemeester belt de korpschef, maar ook die verbinding valt weg. De burgemeester kan zijn rampenstaf niet bereiken. De communicatieproblemen belemmeren de hulpverlening uiteindelijk niet, constateert de inspectie.
Het karakter van het incident blijft geruime tijd onduidelijk. Een aanrijding, een aanslag? Eén dader, meer daders? De autoriteiten slaan rond 14.00 uur groot alarm als in ’t Harde een pantservoertuig met mitrailleur blijkt te zijn gestolen. De spanning stijgt als Den Bosch de vermissing van een ander militair voertuig mét munitie meldt.
Apeldoorn vreest een meervoudige aanslag. Het rampenteam stuurt een heli de lucht in om „de tank” op te sporen. En even later nóg een. De KLPD waarschuwt de anti-terreureenheid van de Dienst Speciale Interventies, generaal Van Putten van de marechaussee stuurt zijn manschappen erop uit de pantervoertuigen te achterhalen, terwijl de politie alvast posities inneemt op de invalswegen van Apeldoorn.
Om 15.58 uur volgt de ontknoping van het broodje aap-verhaal: Het pantservoertuig neemt deel aan een defilé in Den Bosch.
Opgelucht haalt Apeldoorn adem.