Kabinet, doe wat voor de huurder
De positie van huurders op de woningmarkt wordt steeds slechter, concludeert Peter van Klinken. Hoog tijd dat het kabinet maatregelen neemt om vraag en aanbod weer in balans te krijgen.
Verontrustend nieuws deze week: de woningcorporaties bouwen minder woningen vanwege hun verminderde ”investeringsruimte”. Vooral de bouw van huurwoningen stagneert, blijkt uit een rapport van het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV). In december meldde hetzelfde CFV al dat in de periode 2005 tot 2007 45 procent van de beloofde nieuwe huurwoningen „niet was verwezenlijkt.”Dat er geen haan kraait naar dit slechte nieuws tekent de Nederlandse onverschilligheid ten opzichte van een steeds nijpender probleem: het vinden van een woning.
De slechte tijdingen stapelen zich op voor huurders. Allereerst stijgen de huren in 2009 het meest sinds jaren, ondanks een dalende huizenprijs en afnemende koopkracht. Verder konden huurders de afgelopen tijd vernemen dat de woningcorporaties financieel ”in de knel zitten” maar wel riante salarissen aan hun topmannen toekennen en voor miljoenen euro’s een oud stoomschip opknappen. Bovendien blijft de hypotheekrenteaftrek voorlopig gehandhaafd, en daarmee de fundamentele ongelijkheid op de Nederlandse woningmarkt. Hoeveel verontrustende berichten moeten er nog komen voor iemand actie onderneemt?
Ook voor woningeigenaren zijn het weinig florissante tijden, maar voor hen gloort het perspectief van herstel wanneer de economie situatie weer verbetert. Voor huurders is die hoop gezien de verwachte economische en demografische ontwikkelingen waarschijnlijk vergeefs.
Door de economische crisis is het kopen van een huis lastiger geworden. Meer mensen blijven dus in hun huurwoning zitten, terwijl de vraag daarnaar toeneemt, aangezien banken minder snel een hypotheek verstrekken.
Een tweede zorgwekkende factor is het steeds verder toenemende aantal alleenstaanden in ons land. Over veertig jaar telt Nederland 1 miljoen meer eenpersoonshuishoudens dan nu, becijferde het CBS vorige maand, door de vergrijzing en doordat jongeren steeds later samenwonen met een partner. Juist alleenstaanden kunnen zich vaak geen koophuis veroorloven.
Leefbaarheid
Ondertussen werken kabinet, werkgevers en vakbonden aan flexibilisering van de arbeidsmarkt. Bedrijven moeten vaker en langer werknemers in dienst kunnen nemen zonder vast contract. Laat die garantie van inkomen nu precies de basis vormen van een hypotheek en dus de opmaat voor doorstroming naar een koopwoning.
Daarnaast is het kabinet volop bezig met een kwaliteitsimpuls in de krachtwijken. De uitvoering betekent vaak dat woningcorporaties sociale huurwoningen verkopen of slopen, ondanks dat uit onderzoek blijkt dat die tactiek nauwelijks effect heeft op de leefbaarheid. Die hangt namelijk veel meer af van sociale voorzieningen, arbeidskansen en onderwijs dan van een huur- of koopcontract.
Woningcorporaties zijn de afgelopen jaren uitgegroeid tot bedrijven met miljoenenbegrotingen. Dat ze volgens het CFV meer koopwoningen en minder huurwoningen willen, toont wel aan dat ze elk maatschappelijk besef zijn verloren. Niet langer telt voor hen het garanderen van betaalbare huisvesting, maar de jaarcijfers.
Ik heb het van dichtbij meegemaakt toen ik enkele jaren geleden tijdelijk een sloopwoning bewoonde in de Utrechtse ‘probleemwijk’ Ondiep. De gemeente verkocht de grond aan woningcorporatie Mitros, die daarbij de belofte deed weer sociale huurwoningen terug te bouwen. Nu de bewoners eenmaal zijn uitgekocht of weggepest, bouwt Mitros er simpelweg luxe stadsvilla’s. Het aantal sociale huurwoningen pakt veel lager uit dan oorspronkelijk beloofd.
Steuntje in de rug
Dat minister Van der Laan (Wonen, Wijken en Integratie) iets aan de macht van woningcorporaties wil doen is een lichtpuntje. Maar gaat het kabinet ook wat doen aan de almaar toenemende scheefgroei op de woningmarkt? En zijn na de steunmaatregelen voor woningeigenaren nu de huurders eens aan de beurt?
Wonen is een basisrecht en wie behoefte heeft aan een betaalbare huurwoning, moet die kunnen krijgen. De afgelopen jaren is gesproken over liberalisering van de huurmarkt. Als deze markt echter ergens behoefte aan heeft, dan is het wel aan stevige regulering, al is het maar omdat een vrije markt alleen kan werken als vraag en aanbod in balans zijn. Daarom kabinet: stuur de woningcorporaties terug in hun sociale hok en laat ze eindelijk de beloofde huurwoningen eens uit de grond stampen.
Om de ergste pijn voor de huurders nu al enigszins te verlichten, moeten zij zo snel mogelijk tegemoet worden gekomen via een modernere en eerlijkere huurtoeslag. Die is momenteel afhankelijk van het type woning, waardoor hij te vaak bij hoge inkomens belandt. Een inkomensafhankelijke compensatie voor huurders, ongeacht het type woning, zou het broodnodige steuntje in de rug kunnen zijn voor de vele starters zoals ik, die zich geen koopwoning kunnen veroorloven, geen sociale huurwoning kunnen krijgen en dus een te dure particuliere woonruimte huren.
De auteur is freelance journalist en huurder in Utrecht.