Rotterdammers verdienen het minst
Rotterdammers zijn de slechtstverdienende inwoners in de vier grote steden in Nederland. De havenstad telt ook gemiddeld de meeste huishoudens met een langdurig laag inkomen.
Dat heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maandag laten weten op basis van een grootschalige steekproef bij de Belastingdienst en de Gemeentelijke Basisadministraties. Hierbij is gebruik gemaakt van de recentste inkomenscijfers van de Belastingdienst, te weten over 2000.
Rotterdammers verdienden toen 10 procent minder dan het landelijk gemiddelde, waar het gestandaardiseerde huishoudensinkomen 18.000 euro per jaar bedroeg. Maar liefst 12 procent van de huishoudens had langdurig een laag inkomens.
Rotterdam scoort echter minder slecht, als gelet wordt op de wijken in de grote steden. De wijk met het hoogste percentage langdurig lage inkomens is de Schilderswijk in Den Haag, waar circa 22 procent al vele jaren leeft van een minimuminkomen. In de Schilderswijk lag het gestandaardiseerde inkomen 28 procent onder het landelijk gemiddelde. Deze wijk had met 75 procent ook het hoogste percentage huishoudens afhankelijk van een uitkering. Dit staat in scherp contrast met de Haagse wijk Benoordenhout, waar 8 procent een uitkering ontving en het gestandaardiseerde inkomen 63 procent hoger was dan gemiddeld, praktisch het hoogste van de vier grote steden in Nederland.
Amsterdam komt er in het CBS-onderzoek ook niet best vanaf. Het bureau noemt de hoofdstad ’de stad van de uitkeringen’. In nagenoeg alle Amsterdamse stadsdelen waren relatief veel huishoudens afhankelijk van een uitkering. De enige uitzondering hierop was het stadsdeel Zuideramstel.
Utrecht, de vierde stad van Nederland, blijkt een afspiegeling van het Nederlands gemiddelde. Het gestandaardiseerde inkomen lag er in 2000 net iets boven het landelijk gemiddelde. Binnen Utrecht zijn de inkomensverschillen tussen wijken kleiner dan in de andere grote steden.