Illustrator Harriët van Reek moet wel bezeten zijn van letters, en niet alleen van de klank. Ze laat zien dat je alleen al met de vormen eindeloos kunt spelen. ”Letterdromen met Do” staat bol van de letterfantasie en is zo mooi en aanstekelijk vormgegeven dat het boek vorig jaar bekroond werd met een Zilveren Penseel.Do komt in haar droom steeds nieuwe letters tegen. R nodigt haar uit om thuis een kopje thee te komen drinken. „En achte mijn huis staat een puimenboom met ijpe puimen. Ik heb een puimentaat gebakken.” E raakt bijna een been kwijt. „Ik was bijna een F.” P heeft een probleem met haar identiteit. „Ik weet niet of ik echt een p ben. Want als ik me omdraai ben ik een q en als ik op mijn hoofd ga staan ben ik een b of een d.” Van sommige letters moet Do het haar knippen. „Ik wil een watergolf”, zei S. „En ik wil krullen”, zei Z.

En zo gaat het maar door, bladzijden lang, en steeds smaakt het naar meer. Je wilt over elke letter wel zo’n verhaaltje horen.

Heel veel grappige kleine tekeningen dwarrelen rond de tekst en vullen die aan. Tekst en beeld vormen een unieke eenheid, die alleen kan ontstaan als een even goede schrijver als tekenaar zich binnen één persoon verenigen.

Van Reek maakte niet zomaar een leuk letterboek, het is een lettermonument. Je leert de letters niet alleen kennen; je leert ervan houden. „E heeft bruin haar”, zei O, „en prachtige bruine ogen.”

N.a.v. ”Letterdromen met Do”, door Harriët van Reek; uitg. Querido, Amsterdam/Antwerpen, 2008; ISBN 978 90 451 0413 3; 40 blz.; € 14,95.