De advocaat schrijft dit vrijdag in een brief aan de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten, Willem Bekkers. Boone wil dat Bekkers het fenomeen aan de orde stelt op de jaarvergadering van de orde in september.In zijn brief wijst Boone op een artikel in de jongste editie van weekblad Vrij Nederland. Daarin wordt een aantal gevallen onder de loep genomen van aanklagers die blunders begingen, maar daarvoor niet werden bestraft of zelfs promotie kregen.

Dat officieren en advocaten–generaal „met een vlekje" tot rechter kunnen worden benoemd, vindt Boone onbestaanbaar. „Naar mijn stellig oordeel is dit een veel griezeliger situatie dan de vraag of officieren van justitie en advocaten elkaar het leven zuur maken", schrijft hij.

Daarmee verwijst de raadsman naar de recente discussie die is ontstaan na een artikel in dagblad De Pers over officier van justitie Koos Plooij. In dat stuk haalt een aantal advocaten, onder wie Boone, hard uit naar Plooij.

Harm Brouwer, voorzitter van het college van procureurs–generaal, vond enkele van die uitspraken niet door de beugel kunnen. „Beledigend" en een „aanzet tot karaktermoord." Hij heeft deken Bekkers gevraagd zich over het advocatengedrag uit te spreken. Bekkers kondigde aan het onderwerp aan te snijden op de jaarvergadering.

Volgens Boone hoeft dat helemaal niet. Dat er wordt overgestapt van staande magistratuur (officieren en advocaten–generaal) naar zittende magistratuur is volgens hem een veel gewichtiger onderwerp. Hij vindt dat daar een einde aan moet komen. „Je staat of je zit, maar je kan niet zittend staan", schrijft hij in zijn brief aan de deken.