Dover dankt kasteel aan moord op aartsbisschop Becket
Was aartsbisschop Thomas Becket in 1170 niet vermoord, dan hadden Engelandvaarders wellicht nu geen kasteel op Dovers fameuze krijtrotskust gezien. English Heritage werpt nieuw licht op de oorsprong van de middeleeuwse burchttoren.
Te voet is het een hele klim, maar op een zonnige dag wordt die moeite beloond en biedt de schijnbaar onneembare vesting een fraai uitzicht over het 22 mijl brede Kanaal. Dover Castle geldt als een van de grootste en mooiste kastelen van Groot-Brittannië, al doorstond het de afgelopen negen eeuwen vele oorlogen.Zo sloeg Winston Churchill vanaf deze plek in 1940 luchtgevechten boven zee gade en coördineerde viceadmiraal Ramsay vanuit een commandopost onder de burchtheuvel de evacuatie van geallieerde troepen vanaf het strand bij Duinkerken. De beheerder van het complex, verantwoordelijk voor het behoud van duizenden monumenten in Engeland, laat nu jaarlijks ruim 300.000 bezoekers tegen betaling de sfeer in de Secret Wartime Tunnels opsnuiven.
In de vorige week geopende Grand Tower –eveneens binnen de muren van het fort– brengt English Heritage het publiek echter in aanraking met het turbulente hofleven van de eerste eigenaar, Henry II (1133-1189). Deze koning, tegenwoordig nauwelijks bekend, gold in zijn tijd als een van Europa’s machtigste vorsten; zijn rijk strekte zich uit van Schotland tot aan de Pyreneeën. Net als zijn grootvader, Willem de Veroveraar, was hij een Fransman, wat de Britten er niet van weerhoudt hem onder hun grootste koningen te scharen. „Henry II, die in 1154 de troon beklom, was streng maar rechtvaardig”, vertelt historicus Steven Grindle binnen de vesting „Hij herstelde de orde in het land.”
Thomas Becket speelt daarbij een cruciale rol. Vanaf 1155 is hij kanselier en feitelijk regeringsleider. Hoewel Becket geen theologie heeft gestudeerd, ziet Henry II hem graag als aartsbisschop van Canterbury, om meer greep op de kerk te krijgen. De vorst zorgt ervoor dat zijn vriend in 1162 die positie verwerft.
Eenmaal in dienst van de kerk verandert Beckets houding. Er ontstaat onenigheid over de vraag of geestelijken na een overtreding ook door een seculier hof dienen te worden berecht. Becket ontvlucht Engeland in 1164. Na zes jaar ballingschap keert hij terug. Er ontstaat een nieuw conflict, deze keer rond de excommunicatie van enkele bisschoppen die hem bij het eerste conflict niet gesteund hebben. Henry II reageert woedend: „Wie ontdoet mij van deze lastige priester?” Vier ridders vatten zijn woorden letterlijk op en onthoofden de prelaat op 29 december 1170 in de kathedraal.
Henry II ontkent dat het zijn bedoeling was de geestelijke te laten vermoorden. De paus accepteert dit, al moet de vorst wel geselslagen van monniken doorstaan en in zak en as Beckets graf bezoeken.
De martelaar wordt in 1173 heilig verklaard en Canterbury groeit uit tot een pelgrimsoord waar de wonderen zich in steeds hoger tempo voltrekken. Uit heel Europa stromen bedevaartgangers toe. De Engelse vorst maakt zich ongerust over de verering, die antimonarchiale trekken krijgt. Ook buitenlandse hoogwaardigheidsbekleders steken het Kanaal over, onder wie Lodewijk VII in 1179.
„Dit is het eerste staatsbezoek van een Franse koning aan Engeland”, vertelt John Gillingham, hoogleraar middeleeuwse geschiedenis aan de London School of Economics. „Henry II blijkt niet in staat om deze prominente gast en diens gevolg een waardig logeeradres te verschaffen. Tegelijk realiseert hij zich dat de cultus rond Becket internationaler wordt en dat er wellicht meer belangrijke lieden naar Canterbury zullen komen. De koning besluit tot een spectaculair bolwerk op de ”white cliffs”, om pelgrims die Engeland via Dover binnenkomen te imponeren.”
De bouw van de burcht neemt acht jaar in beslag. De kosten zijn niet gering, weet de Britse historicus die recent de boekhouding van de Engelse vorst naploos. „Henry’s budget voor al zijn kastelen bedroeg 20.000 pond. Bijna een derde daarvan spendeerde hij aan Dover Castle, zijn grootste en duurste bouwproject.”
De donjon mag dan op een log verdedigingswerk lijken, in werkelijkheid was die een koninklijk paleis waar buitenlandse leiders konden toeven. „Het was in die tijd de fraaiste bed & breakfast van Europa”, aldus Gillingham. „De toren beschikte zelfs over stromend water.”
English Heritage rondde afgelopen week de renovatie van de Great Tower af. In twee jaar tijd zijn voor bijna 2,4 miljoen euro alle vertrekken onder handen genomen. De bezoeker krijgt een indruk hoe het interieur in de twaalfde eeuw er wellicht uitzag. „Historici deden daar onderzoek naar”, vertelt projecleider Edward Impey. „Dat was een uitdaging, want van de inrichting was geen enkele beschrijving voorhanden. We hebben in binnen- en buitenland honderden bronnen geraadpleegd om tot een zo goed mogelijk reconstructie te komen.”
Op basis van deze bevindingen maakten 140 vaklieden meer dan duizend voorwerpen na, variërend van meubelen, keukengerei, kledingstukken en bokalen tot zwaarden, kruisbogen en schilden. Of het de met gouddraad geborduurde gordijnen zijn, de glas-in-loodramen, of de met bont afgezette sprei op het koninklijke bed, alles binnen de stenen vertrekken oogt nieuw en is opvallend kleurrijk. Impey: „Met felle kleuren, kostbaar en zeldzaam in die dagen, maakte je indruk op gasten.”