Strijd tegen hoogmoedige theologen
Titel:
”Bericht over de toestand in de Nederlanden en de godsdienst bij de Spanjaarden”
Auteur: Francisco de Enzinas; vert. Ton Osinga en Chris Heesakkers
Uitgeverij: Verloren, Hilversum, ISBN 90 655 0719 1
Pagina’s: 256
Prijs: € 22,50. Voor het eerst verscheen een Nederlandse vertaling van een bijzonder interessant geschrift, dat onze eigen geschiedenis onmiddellijk aangaat. Tegelijk geeft het een bijzonder inzicht in de bestrijding van de Reformatie onder Karel V, geleid door de theologen en geestelijken in de Zuidelijke Nederlanden.
Het ”Bericht over de toestand in de Nederlanden en de godsdienst bij de Spanjaarden” geeft als het ware een scherpe foto, zoals die totstandkomt met behulp van een eersteklas toestel. Tegelijk werkt het met een groothoeklens, zodat de gebeurtenissen geplaatst worden in het zeer ruime verband van de geschiedenis van de Reformatie in Europa, in Spanje en vooral in de naaste omgeving van onze eigen historie.
Grote delen van dit boek doen direct denken aan de befaamde geschiedenissen van de martelaren. Het is bekend dat een van de auteurs van die indertijd veel gelezen getuigenissen van geloof en moed zijn stof ontleende aan de beschrijving die Francisco de Enzinas van de gebeurtenissen heeft gegeven en die men hier in extenso kan lezen.
De auteur van het werk, die ook wel met de naam Dryander wordt aangeduid, studeerde op jeugdige leeftijd in Leuven, waar de invloed van Erasmus zeer omstreden was en tegelijk de weerbarstige en taaie kracht van de scholastieke theologie zich liet gelden. Vertegenwoordigers van deze laatste leervorm waren bekende theologen zoals Latomus en Tapper. De eerste had al vroeg de degens gekruist met Luther, en hij ging door voor een kenner van de geschriften uit Wittenberg, Straatsburg en Zürich. De tweede, geboren in Enkhuizen, deed niet voor hem onder. Hij publiceerde een aantal stellingen, de zogenaamde Leuvense artikelen, waarop Luther en Bucer fel reageerden.
Gevangenis
Enzinas was een Spanjaard, die al spoedig doorhad dat deze theologen hem niet konden bevredigen. Op 19-jarige leeftijd was hij in Leuven ingeschreven; hij verkoos echter Wittenberg, waar hij vooral de invloed van Melanchthon onderging. Hij beschouwde hem min of meer als zijn geestelijke vader en onder zijn leiding werd hij een bekwaam vertaler van het Nieuwe Testament. Toen dit gereed was, bood hij Karel V een exemplaar aan, opdat deze het werk zou introduceren.
Enzinas had beter kunnen weten. Er golden strenge plakkaten tegen elke reformatorische activiteit, met name tegen het bezit van geschriften, waarbij voor de Bijbel geen uitzondering werd gemaakt. Enzinas belandde in de gevangenis, en ternauwernood ontkwam hij aan de dood. In 1545 wist hij te ontsnappen, week op den duur uit naar Straatsburg en Zürich en hield zich bezig met de studie en de uitgave van de klassieken. Zijn broer werd in 1546 in Rome verbrand. Zelf stierf hij in Straatsburg in 1552, toen de pest daar heerste.
Het boek, waarin hij zijn belevenissen vertelt aan Melanchthon, ademt geheel de sfeer van het literaire humanisme. Maar dit kan niet betekenen dat men hem op grond van dit werk alleen als een simpele volgeling van Erasmus zou kunnen aanduiden. Erasmus gaf te kennen dat hij voor een reformatorische boodschap niet wenste te sterven. Enzinas getuigt bladzijde na bladzijde dat hij bereid is om voor zijn geloof zijn leven te geven. De manier waarop hij de geloofsgetuigenissen van medegevangenen weergeeft, doet dit duidelijk kennen. De manier waarop hij een fundamentele waarde toekent aan de Schrift en aan de leer van de genade maakt het eveneens zonneklaar.
Overtuiging
Dit betekent echter weer niet dat hij zich laat indelen in welk reformatorisch kamp dan ook. De twist over het avondmaal is voor hem te hoog gegrepen, hij kiest geen partij tussen Melanchthon en Bullinger. Maar wie denkt dat hij dus een man zonder overtuiging is geweest, vergist zich deerlijk. Wij maken zijn strijd mee tegen hoogmoedige theologen en tegen onbetrouwbare monniken. We zitten met hem aan één tafel, wanneer hij disputeert met de geestelijkheid, die sterk kon steunen op Karel V. We zijn er in dit boek ook bij, wanneer hij zich laat troosten door degene die hij de marteldood zag sterven. We komen er tegelijk achter dat heel het gevangeniswezen totaal anders gestructureerd was dan wij ons zouden kunnen voorstellen: one man, one cell.
Enzinas was welgesteld, verkeerde in de hoge kringen, en zijn familie (ofschoon ze het niet met hem eens was) betaalde wel. Hij kon zich redelijk goed bewegen, ook onder geheel andere omstandigheden dan hij van huis uit gewend was. Maar de diepe overtuiging dat hij Spanje met het Nieuwe Testament zou kunnen dienen, deelde hij met weinigen. Zijn werk kwam echter voort uit de overtuiging dat de ”hemelse leer” ons door het verbond Gods werd geschonken. Kon het maar werken onder de mensen. Een wens die wij ook voor vandaag graag willen uitspreken.
Die overtuiging staalde zijn moed en trouw. Zij gaf hem ook de brede beschrijving in de pen, hoe niet alleen in Leuven, Brussel en Antwerpen de Bijbel geweerd werd, maar met name ook in Spanje. Het zijn geen gefingeerde verhalen, die hovelingen hem vertelden gedurende zijn verblijf in de gevangenis. Ze bevatten bijzonderheden over de activiteiten van de inquisitie in Spanje.
Zo is het boek een bron van informatie, waarvan we de uitgave met dank begroeten. De vertalers hebben met hun geannoteerde uitgave een stevige bijdrage geleverd aan onze kennis vanuit de bronnen omtrent een verleden dat nog steeds op de een of andere manier voortduurt. Hun werk van vertaling verdient alle lof. De uitgave is keurig verzorgd, zoals bij een wetenschappelijke editie past.