Marechaussee traint agenten Zuid-Sudan
Wat te doen bij een conflict over het aantal koeien dat als bruidsschat betaald moet worden? In Zuid-Sudan kan zo’n kwestie zomaar leiden tot een politiezaak. Drie Nederlanders van de Koninklijke Marechaussee zijn in Bor en ondersteunen daar via de Verenigde Naties (Unpol) de plaatselijke politie.
Veertien mannen zitten samen in een donkere cel, achter het politiebureau van Bor. Of er iemand Engels spreekt, wil Suzanne (29) weten. „Nobody”, roept iemand vanuit het donker terug.Suzanne en haar collega Tim (35) houden voor elke gevangene bij wat zijn misdaad was en hoe de zaak ervoor staat, met behulp van een tolk. De Nederlanders volgen de Zuid-Sudanese politiemacht SSPS en geven, gevraagd of ongevraagd, advies.
In het kantoor van Unpol (de politie van de Verenigde Naties) worden iedere ochtend de taken verdeeld. In een kring zitten de drie Nederlanders. Verder zijn er Kenianen, Gambianen, een politieman uit Bangladesh, een Canadees en een Indiër.
„Onder de gevangenen is een jongen van veertien die steeds van huis wegloopt om zich in de stad te gaan bezatten”, vertelt Suzanne. „Zijn vader vond daarom dat hem maar eens wat tucht bijgebracht moet worden.” De adviseurs van Unpol sporen de Sudanese politie aan om minderjarigen niet in dezelfde cel te zetten als de volwassenen.
„De meeste agenten hier hebben geen enkele ervaring”, zegt Suzanne. „Het zijn merendeels voormalige soldaten die in de oorlog gevochten hebben.”
Die oorlog, die in 1983 in Bor begon toen muitende Zuid-Sudanese soldaten de wapens opnamen tegen het Arabische regime in Khartoem, zorgde ervoor dat de regio achterbleef in ontwikkeling. Pas in 2005 maakte een vredesverdrag een einde aan de oorlog, die ongeveer 2 miljoen slachtoffers eiste. Zuid-Sudan is nu een autonome regio. In 2011 mag het beslissen of het zelfstandig wil worden.
In het afgelopen jaar ondergingen zo’n honderd Sudanese agenten een training, waarbij ook mensenrechten aan de orde komen. Tim: „Ook al verschillen culturen onderling in de omgang met minderjarigen: in mijn visie zijn mensenrechten wereldwijd. Dus die horen hier ook.”