„Jeugd moet een stem krijgen in Rotterdam”
In de stad die altijd bouwt en haast heeft, staat van oudsher de toekomst centraal. Rotterdam komt graag met grootse dingen en toekomstvisies. Jongeren moeten deel uitmaken van de invulling van die toekomst.
Dat stelt het Young Economic Development Board Rotterdam (Young EDBR).Met een eigen toekomstvisie gaf Young EDBR dit weekeinde het startsein voor wat het de ”Rotterdamse Nieuwe” noemt. Met het project, waaraan ruim honderd Rotterdamse jongeren van 17 tot 30 jaar uit alle geledingen van de samenleving deelnemen, wil de club een speler worden waar politici, bedrijfsleven en bestuurders niet om heen kunnen.
Martijn Waalboer, projectleider van de ”Rotterdamse Nieuwe”, vat het initiatief als volgt samen: „Wij zijn de enige grote stad in Nederland die niet kampt met vergrijzing. Onze stad ‘vergroent’ juist. De jongeren van nu zijn de gebruikers van de toekomst. Wij moeten daarom een stem krijgen in de ontwikkeling van de stad.”
Als voorbeeld noemt Waalboer het megaproject in Rotterdam-Feijenoord met nieuwe woningen, een sportcomplex en het nieuwe stadion. „Dat project moet in 2018 of 2020 klaar zijn. De bedenkers zullen niet de grootste gebruikers gaan worden, dat zullen de jongeren van nu zijn.”
De Rotterdamse jeugd voert al een tijd de slechtste lijstjes aan: werkloosheid, vroegtijdig school verlaten en ongeschikte huisvesting. Young EDBR zegt niet de illusie te hebben al deze problemen te kunnen oplossen. „Wat we wel kunnen doen, is de veranderingen van onderop bewerkstelligen. Wat willen jongeren zelf? Waar hebben ze behoefte aan? Wat zijn hun frustraties en wat kunnen we daaraan doen?” zegt Waalboer.
Grote problemen staan op de agenda, zoals de stagnerende woondoorstroming in de Maasstad en het wegtrekken van hoger opgeleiden. Er zijn echter ook onzichtbare problemen. Waalboer: „Eenzaamheid bijvoorbeeld. Ik hoorde van welzijnswethouder Kriens dat onze stad relatief veel eenzame jongeren kent. Daar schrok ik van.”
De toekomstvisie van de ”Rotterdamse Nieuwe” wordt een gezamenlijke visie van bestuurders, politici, jongeren en het bedrijfsleven. In november wordt het definitieve plan verwacht.