Imago Amerika weer redelijk hersteld
Het imago van de VS in het buitenland is weer bijna even goed als vóór 2001, toen president George W. Bush aan de macht kwam. Dat lijkt vooral te danken aan de internationale populariteit van president Barack Obama.
„Amerikanen moeten niet langer doen alsof ze uit Canada komen als ze naar het buitenland reizen”, reageerde de voormalige buitenlandminister Madeleine Albright.Volgens een eind vorige week gepubliceerd onderzoek van het Pew Global Attitudes Project (GAP) is het aanzien van de VS vooral in West-Europa sterk gestegen. Ook in Oost-Azië, Latijns-Amerika en zwart Afrika staan de VS nu veel beter bekend. In de islamitische wereld is de verbetering van het Amerikaanse imago minder uitgesproken. Voor de enquête werden tussen mei en juni 26.000 mensen in 24 landen en de Palestijnse gebieden bevraagd.
In belangrijke landen als Brazilië, Indonesië, Mexico, India, Argentinië, Nigeria en Turkije noemt 10 tot 25 procent meer respondenten de VS een ”partner” dan bij hetzelfde onderzoek in 2008. Daartegenover staat dat in Turkije, Egypte, Jordanië en Libanon nog altijd meer mensen de VS als een ”vijand” zien dan als een partner. In Pakistan loopt het percentage dat ”vijand” aankruist op tot bijna 66 procent, in de Palestijnse gebieden zelfs tot 80 procent.
Volgens Andrew Kohut, de coördinator van het GAP-onderzoek, profiteren de VS in de eerste plaats van de populariteit van hun nieuwe president. „Het oordeel over de VS wordt veel meer beïnvloed door persoonlijk vertrouwen in Obama dan door opinies over specifieke beleidsmaatregelen.”
Bij de enquête in 2008 zegden in Frankrijk en Duitsland maar 13 en 14 procent van de respondenten vertrouwen te hebben in Bush, terwijl nu meer dan 90 procent van de Fransen en de Duitsers zijn vertrouwen uitspreekt in Obama. In alle onderzochte landen tekent zich een forse opwaartse trend af, met uitzondering van Israël.
Net als andere internationale enquêtes brengt de recente GAP-studie nog altijd veel scepsis aan het licht over specifieke Amerikaanse beleidsaspecten. In de meeste landen is een meerderheid van de respondenten tegen het sturen van meer Amerikaanse troepen naar Afghanistan. In tien landen zijn er nog altijd meer mensen tegen dan voor de door de VS geleide internationale acties tegen het terrorisme.
Heel wat respondenten oordelen dat de VS onder Obama minder op eigen houtje handelen in de wereld, maar in Jordanië vindt bijvoorbeeld toch nog altijd 84 procent van de bevraagden dat de VS nog niet op multilaterale samenwerking gericht zijn.
In zes van de zeven overwegend islamitische landen in de steekproef toont een meerderheid van de respondenten zich bezorgd over de mogelijkheid dat de VS een militaire bedreiging vormen voor hun land. Die indruk is in vergelijking met 2008 wel teruggelopen in Turkije, Jordanië en Egypte, terwijl de vrees in Pakistan is gegroeid.
De populariteit van Amerika bereikte in Europa een dieptepunt rond 2003. De voorgenomen inval in Irak bracht in diverse steden in Europa tienduizenden demonstranten op de been. Mensen als president Bush en zijn defensieminister Rumsfeld werden vergeleken met Stalin en Hitler.
Na de Irakoorlog verslechterde het beeld van Amerika eigenlijk alleen maar. Het schandaal rond de niet-gevonden massavernietigingswapens droeg daar natuurlijk aan bij, alsmede de mishandeling van Iraakse gevangenen door Amerikaanse bewakers.
De Verenigde Staten zetten zelfs de relatie met de nauwste bondgenoten, zoals Groot-Brittannië en Nederland, op het spel door jarenlang terreurverdachten zonder aanklacht vast te houden in het gevangenenkamp Guantanamo Bay.