„Dit is een terechte overwinning", aldus voorzitter Arendo Joustra van het genootschap. „In een democratie hoort de geheime dienst geen journalisten te bespioneren. Dit soort zware middelen moet de geheime dienst maar gebruiken om levens te redden en terroristen het leven zuur te maken".Joustra hoopt dat in mogelijke toekomstige gevallen de AIVD en verantwoordelijk minister Ter Horst (Binnenlandse Zaken) zich nog eens achter hun oren krabben als ze willen overgaan tot soortgelijke acties.

De organisatie van hoofdredacteuren is ook tevreden dat de rechter heeft bepaald dat het openbaar ministerie (OM) geen gebruik mag maken van het materiaal dat de geheime dienst via en over de journalisten heeft vergaard. „Dit betekent dat de politie en het OM niets mogen zien of kopiëren van het journalistieke materiaal dat in beslag is genomen, maar niets te maken heeft met de publicatie van zogenaamde staatsgeheimen", legt Joustra uit. „Het materiaal (aantekeningen, computerbestanden, tapes) is na de inval direct door de rechter–commissaris verzegeld".