Kerk & religie

De relatie tussen Boeddha en Bond

Hoe is in Nederland, vanaf 1840, aangekeken tegen het boeddhisme? Daarover gaat het boek ”Lotus in de Lage Landen”, van de hand van Marcel Poorthuis en Theo Salemink. „Nooit geweten dat Boeddha zelfs aan de wieg van de Gereformeerde Bond heeft gestaan.”

A. de Heer
9 July 2009 10:23Gewijzigd op 14 November 2020 08:18
UTRECHT – Dr. L. A. Bähler liet in 1903 een brochure het licht zien waarin hij zich zeer waarderend uitliet over het boeddhisme. De zaak-Bähler leidde tot de oprichting van de Gereformeerde Bond, in 1906. Archieffoto RD
UTRECHT – Dr. L. A. Bähler liet in 1903 een brochure het licht zien waarin hij zich zeer waarderend uitliet over het boeddhisme. De zaak-Bähler leidde tot de oprichting van de Gereformeerde Bond, in 1906. Archieffoto RD

„Er komen veel dominees in voor, hè?” valt prof. dr. Poorthuis, zelf rooms-katholiek, maar met de deur in huis. „Heel opmerkelijk, dat juist binnen het –vrijzinnig– protestantisme zo velen zich hebben ingelaten met het boeddhisme.”In hun boek (uitg. Parthenon, 384 blz.) beschrijven de auteurs, verbonden aan de faculteit katholieke theologie van de Universiteit van Tilburg, onder andere de gebeurtenissen rond de anarchistische predikant van Schiermonnikoog, dr. Louis A. Bähler (1867-1941). De kwestie-Bähler leidde uiteindelijk, in 1906, tot de oprichting van de Gereformeerde Bond. „Voor mij was dit dé ontdekking”, zegt Poorthuis. „Dat heeft ook iets persoonlijks. In de tijd dat ik in Utrecht studeerde, in de jaren zeventig, was Gerrit de Fijter, oud-preses van de Protestantse Kerk, een studiegenoot van me. Samen hebben we heel wat gesprekken gevoerd, hij als bonder, ik als rooms-katholiek. Maar ik heb toen nooit gehoord dat er een relatie bestond tussen Bond en Boeddha – anders had ik daarover graag nog eens met hem doorgesproken.”

Dr. Bähler liet in 1903 het boekje ”Het ‘christelijk’ barbarendom in Europa” het licht zien. Daarin plaatst hij christendom en boeddhisme op één lijn, en dat is nog zwak uitgedrukt. „Want een feit is het”, schrijft hij, „dat onze Christelijke wereldbeschouwing waar zij mis is, door de Boeddhistische verbeterd en waar zij onvolledig is, door de Boeddhistische aangevuld kan worden.”

Zijn boekje ontketende een felle strijd binnen de toenmalige Hervormde Kerk. In 1905 besliste de algemene synode echter in zijn voordeel. „Juist deze vrijspraak werd door het ‘zwaardere’ contingent van de Hervormde Kerk als laksheid tegenover het christelijk belijden gezien”, aldus Poorthuis en Salemink. „Zo werd de zaak-Bähler de oorzaak (dan wel aanleiding) tot de oprichting van de Gereformeerde Bond tot vrijmaking van de Nederlandsche Hervormde Kerk op 18 april 1906 te Utrecht.”

U rept in dit kader van een „scheuring binnen de hervormde kerk.” Maar dáárvan was geen sprake.

„Achteraf hadden we dit wat voorzichtiger moeten formuleren. De Gereformeerde Bond werd een vereniging binnen de Hervormde Kerk. Neemt niet weg dat de gemoederen hoog opliepen. Waarbij ik, eerlijk gezegd, vind dat Bähler –geen vrijzinnig theoloog, maar eerder een mysticus– niet altijd recht is gedaan. Met de titel van zijn boekje, ”Het ‘christelijk’ barbarendom in Europa”, heeft hij bijvoorbeeld niet willen zeggen dat alle christendom barbaars is, zoals zijn tegenstanders hem verweten en soms nóg verwijten. Het woordje ‘christelijk’ staat bij Bähler tussen aanhalingstekens, waarmee hij wilde aangeven dat er in naam van het christendom in Europa veel barbaarse dingen zijn gebeurd. Dat is wel wat anders – en het lijkt me goed als de Gereformeerde Bond dat ook eens zou erkennen.”

Mét Daniël Plooij, de hervormde nieuwtestamenticus die u eveneens beschrijft, zal de Bond de opvattingen van dr. Bähler echter blijven afwijzen. „Eén naam is onder den hemel gegeven, waardoor wij kunnen zalig worden”, schreef Plooij.

„Plooij wijst alle andere religies al af voordat hij ze heeft begrepen. Hij zal ook nooit iets kunnen aantreffen dat hem op andere gedachten zal brengen. Hij drukt dus alleen maar zijn christelijke overtuiging uit, wat prima is, maar doet dat door andere religies bij voorbaat te veroordelen – wat een teken van zwakte is. Natuurlijk, je kunt niets met Boeddha hebben. Maar je weet niet hoe God werkt. Wij moeten niet op de troon van God gaan zitten.

Dit zeg ik trouwens ook naar de andere kant toe. Veel mensen omarmen het boeddhisme zonder zich er ooit echt in te hebben verdiept. Dan zitten er in de RAI in Amsterdam 10.000 individuele zoekers massaal naar de dalai lama te luisteren, tijdens zijn recente bezoek. Dan denk ik: Ook deze mensen hebben zich een eigen beeld, een ideaalbeeld, van het boeddhisme geschapen dat weinig overeenkomt met de werkelijkheid.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer