Kerk & religie

Kippen openen in Somalië de weg voor het Evangelie

Peter Kyallo woonde meer dan twintig jaar in Somalië. Hij leerde de bevolking simpelweg kippen te houden. Het resultaat was dat veel Somaliërs besloten christen te worden. „Ze werden geen christen om wat ik ze vertelde, maar om wat ze zagen.”

Mark Wallet
30 June 2009 10:49Gewijzigd op 14 November 2020 08:14
MOGADISHU - Moeders en kinderen in de door oorlog geplaagde Somalische hoofdstad Mogadishu. - Foto EPA
MOGADISHU - Moeders en kinderen in de door oorlog geplaagde Somalische hoofdstad Mogadishu. - Foto EPA

De christelijke gemeenschap in Somalië is uiterst klein en bestaat volgens de officiële cijfers niet eens. Voor veel Somaliërs is het christendom vooral de religie van aartsvijand Ethiopië en de voormalige kolonisators Italië en Groot-Brittannië, en is daarom beslist geen optie. De invloedrijke sjeik Nur Barud heeft openlijk gezegd dat alle christenen in het land gedood moeten worden.Het handjevol christenen dat er is, behoort veelal tot het Bantuvolk en is lid van kleine protestantse groepen zoals de Somalia Believers Fellowship en de Somalia Mennonite Mission. Van kerkgebouwen is echter geen sprake, evenmin als van samenkomsten op zondag. De christenen die bijeenkomen, doen dat vaak op de tijd van het islamitisch vrijdagmiddaggebed.

Toch zijn er in Somalië meer christenen dan de officiële cijfers doen vermoeden, zegt de Keniaan Peter Kyallo. Kyallo vertrok in 1979 voor het eerst naar Somalië om er namens de Keniaanse regering aan ontwikkelingswerk te doen. „Ik belandde in een compleet andere wereld”, memoreert hij in een hotel in de Keniaanse stad Nairobi.

Toen het land in 1983 onder zware droogte leed, wilde hij meer voor de bevolking doen dan vanuit zijn positie als medewerker van de Keniaanse regering mogelijk was. Hij besloot zijn baan op te zeggen en naar mogelijkheden te zoeken om de bevolking structureel verder te helpen. Zo begon hij de mensen te leren kippen te houden, een totaal nieuwe tak van sport voor de Somaliërs.

Toen het project bij een paar mensen eenmaal goed liep, raakten steeds meer mensen geïnteresseerd. „Iedereen wil-de kippen”, lacht Kyallo. Hij werd op scholen uitgenodigd om les te komen geven.

Als vanzelf kwam na verloop van tijd ook het geloof ter sprake, zegt Kyallo. „Op hun verzoek”, onderstreept hij. Hij herinnert zich de eerste man die christen wilde worden, nog goed. „Hij had me gevraagd naar zijn dorp te komen om over het kippenproject te vertellen. Na afloop gingen we naar mijn kantoortje, waar een paar christelijke boeken lagen. Hij was geïnteresseerd en vroeg me om er meer over te vertellen. Zo raakte hij betrokken bij het christelijk geloof.”

Mensen werden als vanzelf ingewonnen voor het christendom, zegt Kyallo. Hij vertelt het verhaal van een oud-soldaat uit het Somalische leger, die hij op een nacht naar een kliniek bracht. „De broer van de man had me geroepen, maar de ex-soldaat zelf zei geen woord tegen me.” Kyallo bracht hem echter naar het ziekenhuis en keerde terug naar huis. „Een paar weken later stond hij opeens bij mij op de stoep. Hij kwam binnen en zei: „Ik heb maar één vraag: hoe kan ik een christen worden?”” De man vertelde dat hij door het gedrag van Kyallo tot de overtuiging was gekomen dat het leven zo bedoeld moest zijn.

De geestelijk leiders van het dorp zagen de bekeringen uiteraard met argusogen aan. Volgens Kyallo zijn er diverse pogingen gedaan hem uit de weg te ruimen, maar de bevolking stond achter hem.

Kyallo herinnert zich een bezoek bij iemand thuis, toen er opeens een man binnenkwam met de boodschap dat hij hem ging vermoorden. „De eigenaar van het huis zei echter: „Hij helpt mij te overleven, dus als jij hem doodt, dood je ook mij. Als jij hem nu wilt vermoorden, zul je eerst mij moeten doden.” Toen droop hij af.”

Kyallo woont sinds 2001 weer in Nairobi, maar houdt nog regelmatig contact met de Somaliërs. „In de plaats waar ik werkte, wonen nog altijd veel christenen. Ik weet niet hoeveel het er precies zijn, maar ik geloof dat het om enkele honderden gaat. Alleen God kent het precieze aantal.”

De Keniaan zegt dat de christenen soms bij elkaar komen. „Dan worden er ook mensen gedoopt. Het aantal christenen groeit nog steeds.” Het verschilt sterk per regio in hoeverre mensen openlijk christen kunnen zijn, zegt hij. „In de stad waar ik gewerkt heb, accepteren de autoriteiten inmiddels dat mensen christen zijn. De gouverneur heeft ooit eens gezegd dat hij diep respect had voor het christendom, hoewel hij daarom nog niet van religie veranderde.”

Kyallo zegt dat het belangrijk is de sleutel tot iemands hart te vinden. „In het geval van de Somaliërs is dat de liefde. Ik preekte een levenswijze. Dat was genoeg.”

De naam van Peter Kyallo is om veiligheidsredenen gefingeerd.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer