Opinie

Mannen- en vrouwenboeken

Er bestaan mannenboeken en vrouwenboeken. Vroeger dacht ik daar nooit zo speciaal bij na, maar de laatste tijd valt het me elke keer weer op. Dat komt: ik zit op een literaire kring, samen met nog drie andere vrouwen en vier mannen, en wij lezen daar afwisselend mannen- en vrouwenboeken.

Enny de Bruijn
25 June 2009 09:03Gewijzigd op 14 November 2020 08:12

Een maand of wat geleden hadden we bijvoorbeeld ”Het lam” van Peter de Vries. Een roman die op het eerste gezicht veel lijkt op het werk van Maarten ’t Hart –absurd, ironisch, genadeloos afrekenend met gereformeerde zeden en gewoonten– maar gaandeweg verandert in het hartverscheurende relaas van een gevecht met God.De meningen tijdens de kringavond waren ontzettend verdeeld. Bijna alle vrouwen vonden het taal­gebruik van de hoofdpersoon grof en aanstootgevend en gewild grappig. Maar alle mannen vonden het een indrukwekkend boek, humoristisch en realistisch.

Daarvóór hadden we een hele reeks sfeervolle, zwaar verantwoorde, psychologisch inzichtgevende vrouwenboeken gehad. ”Het kleine meisje van meneer Linh”, van Philippe Claudel. ”Achtendertig nachten” van Janne IJmker. ”De eindigheid der dagen”, van Peter Hobbs. ”Eilandgasten”, van Vonne van der Meer. Je hoeft maar naar de omslagen te kijken om het verschil te zien.

Niet dat de mannen van onze kring zulke boeken niet mooi vinden, integendeel, maar als we er zo vijf achter elkaar gehad hebben, wordt het tijd voor iets anders. Dan nemen we dus ”Het lam” van Peter de Vries. Of ”Het leven van Pi”, van Yann Martel. Geen psychologisch geneuzel, maar volop avonturen en padvinderij, en op de koop toe ook nog een mooie filosofische laag erin, waar je urenlang over kunt discussiëren.

Er zijn trouwens veel meer vrouwenboeken dan mannenboeken, en dat is ook wel logisch. De literatuur wordt nu eenmaal gedragen door vrouwen van boven de veertig. Dat zijn de echte lezers, die houden de boekenmarkt in stand. Mannen lezen –in het algemeen gesproken– vaak liever kranten, opiniestukken, vaktijdschriften, kerkbladen. En jongeren lezen, volgens allerlei onderzoeken, bijna niet. Hoogstens op internet.

Het is dus wel begrijpelijk dat er veel boeken verschijnen met mooie sfeerfoto’s op de omslag, en veel relatieproblemen en psychologische inzichten aan de binnenkant. Geef de uitgevers eens ongelijk. Vrouwenboeken hebben slechts één nadeel: ze zijn meestal niet voor de eeuwigheid geschreven. Je kunt er de literatuurgeschiedenissen op nakijken: voor een beetje duurzaamheid en eeuwige roem zijn we vooral op mannenboeken aangewezen.

Het is natuurlijk een beetje een kunstmatig onderscheid, tussen die mannen- en vrouwenboeken. Toch denk ik dat lezers (en schrijvers) er beter van worden als ze zich het verschil bewust zijn – en allebei de soorten uitproberen. Als je de neiging hebt om alles heel psychologisch te benaderen, misschien moet je dan eens een stukje padvinderij lezen. En als je van een hoofdpersoon vooral verlangt dat hij van het ene avontuur in het andere duikelt, misschien doe je er dan goed aan om eens een stukje introspectie tot je te nemen. Als je alleen maar in relatieproblematieken denkt, misschien kun je je dan eens bezinnen op het onderliggende wereldbeeld. En als je alleen maar valt voor grootse visies en filosofieën, misschien moet je je dan eens verdiepen in een hoofdpersoon die gewoon verliefd wordt.

Je kunt je pas ontwikkelen als lezer als je je bewust bent dat er ook andere manieren van denken zijn dan de manier die voor jou het meest voor de hand ligt. Mannen zouden hun vrouwelijke kant moeten versterken, en vrouwen hun mannelijke kant.

Enny de Bruijn. Reageren aan scribent? beeldenstorm@refdag.nl.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer