Regering Vietnam laat seminarie toe
De Vietnamese overheid heeft toestemming verleend aan de vorig jaar april erkende Evangelische Kerk van Vietnam-Zuid (ECVN) om een klein opleidingscentrum voor predikanten te openen. Het bericht komt 27 jaar na de gewelddadige sluiting van het zogeheten Nha Trang Theologisch Seminarie. De toestemming is met veel beperkingen omgeven. Open Doors ziet een en ander slechts als een cosmetische verbetering.
De meeste protestantse leiders zien het gebaar van de overheid als een wel heel klein stapje voorwaarts op de weg naar religieuze vrijheid, meldt zowel de internationale organisaties Compass Direct als Open Doors.
De Vietnamese autoriteiten hebben meegedeeld dat de nieuwe opleiding niet mag komen op de plek van de oude. Twee jaar lang mag de ECVN gebruikmaken van een tijdelijk onderkomen in de hoofdstad. Daarna mag in principe nieuwbouw worden betrokken.
De kerk vroeg onderdak aan voor honderd studenten. De overheid staat er echter maar vijftig toe. Verder eist de regering dat de studenten ook door de staat geaccepteerd moeten worden. Ook blijft de opleiding onder toezicht van het bureau voor religieuze zaken.
De kerkleiding is beducht dat het net zo gaat als met de in 1990 eenmalig toegestane opleiding van 15 predikanten van de Evangelische Kerk van Vietnam-Noord. Tot op vandaag heeft de regering enkele afgestudeerde studenten nog geen erkenning gegeven, zodat ze nog steeds niet in de kerk mogen voorgaan.
Veel protestanten blijven sceptisch over de ontwikkelingen. De geheime opleidingen van honderden met elkaar samenwerkende huisgemeenten zullen intact blijven, is de verwachting van Open Doors.
Vorig jaar april werd het eerste eigenlijke stapje gezet op de weg naar meer godsdienstvrijheid in Vietnam. Voor het eerst sinds de communistische machtsovername in 1975 erkenden de autoriteiten toen een protestants kerkverband.
Le Quang Vinh, hoofd van het bureau voor religieuze zaken van de Vietnamese regering, gaf op 23 maart vorig jaar te kennen dat regeringsfunctionarissen de nieuwe kerkorde zouden goedkeuren en de resultaten van de kerkelijke verkiezingen wilden erkennen. Een en ander betekende dat de Vietnamese regering de ECVN in principe toestond zonder strakke regeringscontrole te bestaan. Ook erkende zij in beginsel het recht van de kerk om haar eigen leiders te kiezen en haar zaken zelf te regelen. Dat was een novum.
In februari vorig jaar heeft de ECVN voor het eerst sinds 1976 een algemene vergadering mogen houden. De ECVN is het grootste protestantse kerkverband van Vietnam. De ongeveer 300 gemeenten die tot deze kerk behoren, tellen 1,2 miljoen leden en komen samen in gebouwen uit de tijd van vóór de communistische machtsovername in Zuid-Vietnam in 1975.
De klacht van veel Vietnamese christenen is dat nog steeds gemeenten met daarin bij elkaar honderdduizenden christenen, met name onder de bergstammen, als illegaal beschouwd worden. In het najaar van 2002 liet de Vietnamese regering nog 400 kerkgebouwen in de provincie Dak Lak sluiten.
