Rebellen blazen Colombiaans gehucht op
In het zuiden van Colombia zijn zaterdag alle 21 huizen van het gehucht La Union opgeblazen. Niemand kwam om het leven want de autoriteiten waren tijdig op de hoogte gebracht van de bommen in het gehucht. De bewoners, die tijdelijk zijn ondergebracht op een legerbasis, houden de linkse rebellen van het FARC verantwoordelijk.
Dat maakte de minister van Defensie, Martha Lucia Ramirez, bekend. „Dit was een aanslag op de armsten van het land”, aldus Ramirez, die vermoedt dat het FARC door bommen neer te leggen en vervolgens de autoriteiten te waarschuwen een legerpatrouille in een hinderlaag wilde lokken.
Het FARC zou ook achter een slachtpartij in een dorp in het noordwesten van Colombia zitten die donderdag zeker zestien mensen het leven kostte. Overlevenden vertellen dat de rebellen het dorp overvielen, een aantal mensen verzamelden, hen ervan beschuldigden lid te zijn van de rechtse paramilitaire beweging AUC en hen vervolgens een nekschot gaven. Onder de doden zijn zeker vier vrouwen en vier minderjarige jongens. De meeste overlevende dorpelingen zijn gevlucht.
De burgeroorlog in Colombia, die al 38 jaar duurt, kost jaarlijks zo’n 3500 mensen het leven. De in augustus vorig jaar aangetreden president Alvaro Uribe heeft een harde aanpak van rebellen en paramilitairen beloofd en houdt vooralsnog woord. Vorig jaar hief de regering een eenmalige ’oorlogsbelasting’ en met de opbrengst wordt nu de uitbreiding van het leger en de politie gefinancierd. Colombia gaat van 55.000 naar 315.000 soldaten en politieagenten, zei minister Ramirez zondag tegen Associated Press. Ramirez voorspelt geen spoedige overwinning voor de regering, maar „uiteindelijk krijgen we alle delen van het land onder controle.”