Kan er wel een nadrukkelijker en beweeglijker voorstel gedaan worden om van de welmenendheid van God overtuigd te worden? Wat een sterke verzekering van genade en leven, aan allen die zich bekeren! En dat, terwijl de Heere vraagt waarom de mens wil sterven. God betuigt dat Hij meer lust heeft in de bekering van de mens dan in zijn dood. Gaat hij verloren, het is zijn eigen schuld.Maar wat is toch de reden, o mens, vraagt God, dat je wilt sterven? Kan een redelijk schepsel zijn eigen verderf willen? Welk een beweging moet dit spreken van God in hem veroorzaken. Het moest hem dringen de roepende stem van God te gehoorzamen. Deze roeping is niet eenmaal of tweemaal, maar zovele malen, vele jaren lang en met zo’n aandrang dat het is om je over te verwonderen. Het schepsel kan niet anders dan met uiterste onbeschaamdheid en versmading van God op deze tekst terugzien.

Met deze roeping van God, met veel krachtige beweegreden aangedrongen, gaan ook nog wel enige werkingen van de Heilige Geest gepaard tot een algemene verlichting en overtuiging. Deze roeping is nochtans niet genoegzaam tot de zaligheid. Zij heeft wel enige uitwerking, zodat sommigen daaronder wel eens verontrust en bekommerd zijn. Ja, zij worden bijna bewogen een christen te worden, zoals koning Agrippa uitriep tot Paulus: Gij beweegt mij bijna een christen te worden.

Jesajas Hillenius, predikant te Drachten (De mens beschouwd, 1752)