Ook Obama staat voor soeverein Amerika
Oppervlakkig gezien lijkt de relatie tussen Europa en Amerika sinds de verkiezing van Barack Obama beter dan ooit. Maar schijnt bedriegt, zegt prof. Ronald Havenaar. De twee continenten zijn de laatste dertig jaar alleen maar uit elkaar gegroeid.
In de laatste alinea van zijn boek ”Eb en vloed” wijst Havenaar fijntjes op de waardering die Obama heeft geuit voor zijn voorganger Ronald Reagan. Na de vernederingen in Vietnam wist deze president Amerika weer een „gevoel van een gezamenlijk doel” te geven.Nu wil het geval dat Europa deze Reagan zag als een houwdegen. Hij miste elke behoedzaamheid tegenover het communistische Oosten. Terwijl de grote Europese landen, met Duitsland voorop, juist verder wilden op de weg van matigheid en ontspanning (détente), maakte Reagan de Sovjet-Unie uit voor het „rijk van het kwaad.” Reagan werd aan deze kant van de oceaan evenzeer geminacht als later George W. Bush.
Obama daarentegen kan weer als weinig eerdere presidenten op een warm onthaal rekenen. Tijdens zijn bezoek aan de NAVO-top begin april lag de pers –inclusief de zogenaamde kwaliteitskranten– kritiekloos aan zijn voeten.
Dat Obama bewondering heeft voor Ronald Reagan, is goed voor te stellen. Die herstelde het Amerikaanse zelfvertrouwen. Ook vandaag zou dat weer op zijn plaats zijn, na de tegenslagen in de strijd tegen terreur en de oorlog in Irak.
Keihard
De Europese bondgenoten verwachten van Obama dat hij zich „multilateraal” zal opstellen. Dat betekent dat hij vooral veel met andere landen zal praten voordat hij iets doet. Maar dat kan Europa wel vergeten, stelt Havenaar. Ook Obama zal keihard vasthouden aan de soevereiniteit van Amerika. Daar komt geen andere mogendheid tussen.
In de jaren negentig kenmerkten de Verenigde Staten zich door een zekere terughoudendheid. In het voormalige Joegoslavië wilde president Clinton eigenlijk niet ingrijpen en na het drama in Somalië –waarbij een dode Amerikaanse soldaat door de straten werd gesleept– deed men ook niets in Rwanda. Niet dat er in Europa niet om Amerikaanse actie werd geroepen, maar vanuit Washington bleef het stil.
Deze terughoudendheid verdween echter volkomen na de terreuraanslagen op 11 september 2001. Toen maakte de wereld opnieuw kennis met dat andere Amerika, dat zich bedreigd voelt en zijn nationale belang tot het uiterste verdedigt.
Dreigingen
Voor iedereen die na Bush zijn hoop op Obama heeft gevestigd, heeft Havenaar een teleurstellende boodschap. Europa en Amerika groeien onvermijdelijk uit elkaar en er is weinig dat daartegen helpt. Ook Obama heeft de veiligheid van de VS boven aan zijn lijstje.
Maar net als vroeger, tijdens de Koude Oorlog, is er ‘gelukkig’ nog dreiging van buitenaf die de bondgenoten bij elkaar houdt. De Russisch-Georgische oorlog van vorig jaar zomer was funest voor die landen zelf, maar het gaf de NAVO-lidstaten in elk geval weer een gezamenlijk doel. Tijdens zulke conflicten kan het bondgenootschap zichzelf bewijzen.
Bijzonder waardevol is dat Havenaar aandacht vraagt voor het verschil in geloofsbeleving van Amerikanen en Europeanen. Hij constateert dat vele ‘verlichte’ opinieleiders aan deze kant van de oceaan de Amerikanen maar achterlijk vinden. Havenaar neemt daar geen standpunt over in, maar probeert die religieuze Amerikanen juist te begrijpen.
Europeanen ergeren zich altijd aan teksten waarin de Amerikaanse natie wordt voorgesteld als een volk dat door de woestijn trekt naar het beloofde land van de vrijheid. Met deze arrogante retoriek zou je de waarheid voor jezelf claimen, meent men.
Volgens Havenaar ligt dit echter anders. In het geseculariseerde Europa wordt religie verbonden met onvrijheid en geestelijke druk, vooral in vanouds rooms-katholieke landen. In Amerika is het echter goed mogelijk als individu in de kerk te zitten en jezelf daarin volkomen vrij te voelen. Met deze analyse levert Havenaar een belangrijke bijdrage aan het begrip tussen Amerika en Europa. Overigens is de auteur van mening dat de politieke macht van ‘christelijk rechts’ in Amerika na de tweede periode van Bush voorbij is.
Respect
Er zijn in het Nederlands weinig boeken over de betrekkingen tussen Amerika en Europa, dus daarmee is Havenaars boek al gauw het beste. Maar ook de evenwichtige en grondige manier waarop hij dit heeft geschreven, dwingt respect af. Iedereen die het beleid van president Obama de komende jaren nauwgezet wil volgen, kan er beslist zijn voordeel mee doen.
N.a.v. ”Eb en vloed: Europa en Amerika van Reagan tot Obama”, door Ronald Havenaar; uitg. G. A. van Oorschot, Amsterdam 2009, ISBN 978 90 28 24 1008; 310 blz.; € 22,50.