Luchtmobiele Brigade in beeld
Als Nederland meedoet aan de internationale veiligheidsmacht voor Afghanistan, is de kans groot dat de keus valt op de Luchtmobiele Brigade.
Duitsland, dat al heeft toegezegd te willen meedoen aan de veiligheidsoperatie, heeft Nederland voorgesteld samen op te trekken. Via het Duits-Nederlandse Legerkorps heeft de Koninklijke Landmacht al een hechte samenwerking met de Duitsers. In de ”multi-national-division” oefent de Luchtmobiele Brigade samen met de Duitse 31e airbornbrigade en eenheden van de Britse Air Mobile-brigade en Air Assault-brigade en Belgische paracommando’s.
De Luchtmobiele Brigade werd in 1992 opgericht voor vredesoperaties. Ruim 250 militairen ervan waren in september nog in Macedonië om onder Duits commando wapens in te zamelen van etnische Albanezen. De Luchtmobiele Brigade, drie parate bataljons en een aantal ondersteunende compagnieën, heeft momenteel geen internationale verplichtingen. De inspanningen van Nederland op de Balkan worden in roulatie waargenomen door drie gemechaniseerde brigades.
Zwakste knieën
De militaire vakbonden zijn verdeeld over deelname van Nederlandse militairen aan een internationale veiligheidsmacht in Afghanistan. Alleen de grootste vakbond voor defensiepersoneel, VBM/NOV, vindt dat Nederland daartoe verplicht is. CNV-bond ACOM is fel tegen Nederlandse inzet. „Het zou een slecht signaal zijn om niet mee te doen. Daarmee zou Nederland zich internationaal opnieuw bestempelen als het jongetje met de zwakste knieën. Dat is toch wel het beeld dat blijkbaar is blijven hangen na Srebrenica”, aldus VBM-voorzitter Debie.
Met de vakbond VMB/NOV is de FNV-bond AFMP ervan overtuigd dat Nederlandse deelname haalbaar is, hoewel de politiek wel moet beseffen dat „de gereedschapskist van de krijgsmacht” beperkt is. „En als ze gaan, moeten ze met hun hele hebben en houden vertrekken. Geen uitgeklede versie”, aldus voorzitter Heerts.
De christelijke vakbond ACOM vindt daarentegen dat de krijgsmacht te klein is voor deelname aan de vredesoperatie, omdat de ’uitzenddruk’ van Nederlandse militairen daardoor te groot wordt. „We hebben dit jaar reeds aan verschillende operaties deelgenomen. Bovendien zijn er nu al fregatten op weg naar Afghanistan. Dat legt niet alleen een grote druk op de militairen zelf, maar ook op hun families”, aldus voorzitter Van der Linden.