Die vraag legde dr. Henk Bakker dinsdag in Ede voor aan Peter Sleebos, voorzitter van de Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeenten (VPE). Sleebos moest erkennen dat ook leden van pinkstergemeenten het, veel meer dan voorheen, „moeilijk vinden om de postmoderne mens aan te spreken. Heel moeilijk. Dat baart mij wel zorgen.”De VPE-voorzitter was dinsdagmiddag een van de ”evangelische voorgangers” die reageerden op het onderzoek ”De evangelische voorganger in beeld”, dat tijdens een symposium aan de Christelijke Hogeschool Ede (CHE) werd gepresenteerd. Het onderzoek is uitgevoerd door dr. Bakker en drs. Teus van de Lagemaat, beiden verbonden aan het lectoraat gemeenteopbouw van de CHE. Ook Teun van der Leer, rector van het Baptisten Seminarium, en Arthur Snijders, landelijk voorzitter van de Kerk van de Nazarener, reflecteerden op de uitkomsten.

Vele gezichten

Dr. Bakker typeert de evangelische beweging als „polymorf. Het is een beweging met vele gezichten, maar met één hart. Dat willen we ook studenten hier op school meer onder de aandacht gaan brengen. Zij moeten oog krijgen voor de enorme verscheidenheid binnen de evangelische beweging.”

Er is tot nu toe weinig bekend over voorgangers van evangelische snit, zei Van de Lagemaat. Ook hij constateerde dat de evangelische beweging „heel breed” is. „We zijn tot minstens dertig soorten evangelischen gekomen.”

De onderzoekers benaderden zo’n 600 evangelische voorgangers. Van hen reageerden er 180, van wie er 127 de vragenlijst helemaal invulden. Bijna de helft (47 procent) van de voorgangers blijkt eerder ”protestants” te zijn geweest (Gereformeerde Kerken: 54 procent; Nederlandse Hervormde Kerk, 33 procent: Christelijke Gereformeerde Kerken of Gereformeerde Kerken vrijgemaakt: 13 procent).

Wat evangelische voorgangers lijkt te binden, zijn enkele ”essentials”. In telegramstijl: „Geloof in Jezus’ verzoenend werk; Bijbel als richtsnoer; Gemeente die het verlorene zoekt; Gelovige kan groeien in heiligheid; Geestesgaven horen in gemeente te functioneren.”

Zijn de meeste evangelische voorgangers ervan overtuigd dat de Bijbel voor een christen het belangrijkste richtsnoer is, zodra dit concreter wordt gemaakt, haken er af, aldus Van de Lagemaat. Zo scoorde de stelling dat ongelovigen na hun dood „uiteindelijk naar de hel” gaan, al een stuk lager. Ook de stelling dat een christen tegen abortus is, tegen homoseksuele relaties, tegen samenwonen, blijkt niet elke voorganger te onderschrijven. De opvatting dat de Schrift vrouwen (ook nu nog) verbiedt om leiding te geven aan de gemeente, kan eveneens maar op weinig steun rekenen.

Hoog scoorde de stelling dat christenen horen mee te werken aan maatschappelijke verbetering van de wereld. Met de stelling ”De kerk kan niet veel met de trends van deze tijd omdat zij ‘anders’ moet zijn dan de wereld” kan lang niet elke voorganger uit de voeten.

Pro Israël blijkt ook niet elke evangelische voorganger (meer). En massaal de straat opgaan om te evangeliseren doen evangelischen ook niet langer. Van de Lagemaat: „Maar het idee dat de evangelische voorganger steeds moderner wordt, en hierin voorop loopt, als het gaat om het gezag van de Bijbel bijvoorbeeld, lijkt toch ook mee te vallen.”

Klik hier voor het volledige onderzoeksrapport:

topshare.che.nl/downloadattachment/215455/273541/rapport_evangelische_voorganger.pdf