Reformatorische Omroep geeft zichzelf nog één kans
Drie jaar probeert de Reformatorische Omroep (RO) voet aan de grond te krijgen in de gereformeerde gezindte. Tot nu toe zonder resultaat. „Het water staat hoog”, zegt directeur Arjan van der Zouwen. Hij geeft de omroep én zichzelf nog tot eind dit jaar de tijd. „Als we er dan geen 2500 nieuwe donateurs bij hebben, stoppen we met uitzenden.”
Het kantoorpand aan de Tromplaan in Voorthuizen, het derde domein van de RO in drie jaar, is geschilderd in lichte kleuren. Niet in zwart en oranje, de huisstijl van de omroep. „Nog niet”, zegt Van der Zouwen (26) veelbetekenend. „Misschien komt dat nog, als het beter met ons gaat.”Binnen maakt freelancepresentator Bert Noteboom (25) zich klaar voor de wekelijkse aflevering van het programma RO & Co, dat wordt gesponsord door hogeschool Driestar educatief. Dit keer is Hemelvaartsdag het thema van de uitzending. Noteboom is net terug uit Israël. „Ik heb daar met mensen op de Olijfberg gesproken over Jezus’ Hemelvaart. Een unieke gelegenheid. De opname gebruik ik voor de uitzending.”
Van der Zouwen wijst naar de apparatuur in de studio. „Er staat voor een halve ton. Menig technicus zou jaloers zijn op de kwaliteit. Technisch zijn we er als RO klaar voor, maar de achterban laat het helaas tot nu toe afweten. We missen de brede steun. We hebben op dit moment 5000 donateurs. Van hen hebben er 1500 hun contributie van 24 euro per jaar nog steeds niet betaald, ondanks herinneringen. Dus eigenlijk hebben we maar 3500 donateurs. We hebben 2500 nieuwe donateurs nodig om te kunnen doen wat we willen: programma’s maken én uitzenden die echt iets toevoegen aan wat de publieke omroepen, inclusief de EO, doen.”
Gebrek
De RO moet het op dit moment vooral hebben van non-stop muziekuitzendingen, afgewisseld met programma’s voor kinderen, jongeren en ouderen, een dagopening, een verzoekplatenprogramma en geregeld een live-uitzending van een zangavond of andere bijeenkomst in de achterban.
„Op deze manier kunnen we nog jaren verder”, zegt Van der Zouwen met een cynische ondertoon, „maar dat is nooit onze bedoeling geweest. We hebben door gebrek aan financiële middelen in al die drie jaar nooit één week een programmering kunnen brengen die ons voor ogen staat: nieuws, actualiteiten, praatprogramma’s, reportages en interviews, afgewisseld met muziek.”
Ambitie kan Van der Zouwen niet ontzegd worden. Drie jaar geleden verkocht hij zijn ict-bedrijf om zich volledig aan de RO te wijden. Hij verhuisde er met zijn gezin voor van Leerdam naar Ederveen. Niet dat de omroep een speeltje van één persoon is. „Integendeel. Velen hebben zich afgelopen jaren met hart en ziel voor de RO ingezet.” Wat hen drijft? „We maken geen internetradio omdat we dat zelf zo leuk vinden”, reageert de directeur, „maar omdat we een missie hebben. Onze achterban maakt massaal gebruik van de moderne media. De televisie is altijd taboe geweest, maar via uitzendinggemist wordt zo’n beetje alles bekeken, tot en met SBS6 en BNN toe. Op de radio hoor je de veroppervlakkiging toenemen. Daar maken we ons zorgen over. De RO heeft vanaf het begin een verantwoord en volwaardig alternatief willen bieden.”
Betaling
Natuurlijk verdiept Van der Zouwen zich in de mogelijke oorzaken van de achterblijvende steun. „Voor de publieke omroepen betalen we via de belasting; daar merken we niets van. De RO vraagt jaarlijks 24 euro. Het bedrag op zich zal het probleem niet zijn, maar misschien wel het feit dát er betaald moet worden.
Een belangrijkere oorzaak is het feit dat de RO via internet uitzendt, dus mensen in de buurt van een computer moeten zijn. Dat is nooit ons uitgangspunt geweest. We hebben lange tijd gehoopt dat we konden gaan uitzenden via DAB, digital audio broadcasting, kortweg digitale radio. De Tweede Kamer moest beslissen over de verdeling van de frequenties, maar DAB is in politiek Den Haag helemaal van tafel. Een enkele lobbyist probeert het onderwerp op de agenda te houden, zonder succes. Overigens hebben we nu de mogelijkheid van een internetradio à 99 euro. Wie draadloos internet heeft, en de meeste mensen hebben dat tegenwoordig, kan met dit apparaat overal in zijn huis naar de RO luisteren.”
Naar zijn eigen inschatting is „onverschilligheid en onwetendheid” de belangrijkste reden dat velen in de gereformeerde gezindte de RO niet financieel steunen. Van der Zouwen: „Mensen zien de noodzaak van de RO niet in en beseffen vaak helemaal niet wat er allemaal gaande is bij de publieke omroepen. Radio 1 is nu over het algemeen nog een interessante zender, maar ik ben er niet van overtuigd dat dat zo blijft. Over vijf jaar kan de programmering op Radio 1 er wel heel anders uitzien. Wij proberen daarop te anticiperen door nu al te werken aan een verantwoord en volledig alternatief. Elke euro daarvoor moeten we zelf verdienen, omdat we onafhankelijk van de overheid willen blijven. Vandaar het grote belang van meer donateurs.”
Brandbrief
Dat de groei sterk achterblijft bij de verwachtingen stelt Van der Zouwen teleur. „Temeer als ik lees dat nieuwe omroepen als Wakker Nederland en PowNed in korte tijd allebei de vereiste 50.000 leden wisten te halen. Waarom lukt het ons dan niet?”
De zorgelijke situatie bij de RO leidde ertoe dat er deze week een brandbrief naar alle donateurs ging met het verzoek nieuwe donateurs te werven. Nog eens duizend kerkenraden en predikanten in de gereformeerde gezindte kregen een oproep om de RO in hun eigen omgeving bekendheid te geven, bijvoorbeeld door een bijgeleverd voorbeeldartikel in de kerkbode te plaatsen. Van der Zouwen: „Het is nu of nooit. Steun de RO voordat het te laat is, luidt onze boodschap.”
De omroep draait financieel op dit moment op donateurs, advertentie-inkomsten, sponsors en giften. Totaal zo’n 180.000 euro per jaar. Van dat geld moet een aantal vaste medewerkers betaald worden, onder wie algemeen directeur Van der Zouwen en financieel directeur Rijk van Dam, de huur van het kantoorpand in Voorthuizen, vergoedingen voor freelancers, de kosten voor het maken van de programma’s en de rechten voor het uitzenden van muziek.
Van der Zouwen: „Zolang we op dit niveau blijven doorgaan –veel muziek, weinig gepresenteerde programma’s– is het financieel vol te houden, maar dat willen we niet. We voegen nu nauwelijks iets toe aan wat de publieke omroepen bieden. We hebben ons bezonnen op de situatie en willen nog één keer een poging doen om de steun voor de RO te vergroten. We trekken daarvoor de rest van het jaar uit. Eind juni moet al duidelijk zijn of we in de buurt van de 2500 nieuwe donateurs kunnen komen. Is dat niet het geval, dan verdwijnt na de zomervakantie een aantal programma’s en stoppen we eind december met uitzenden.” En dan? „Dan gaat de RO de geschiedenis in als een gemiste kans om de gereformeerde gezindte aan een eigen omroep te helpen. Een kans die waarschijnlijk niet snel zal terugkeren.”
Fantastisch
Bij 6000 donateurs kan de RO al veel meer doen dan nu, aldus van der Zouwen, maar het uiteindelijke doel ligt wat hem betreft nog verder. „Tienduizend, dat zou fantastisch zijn. Dat moet toch haalbaar zijn als je kijkt naar de omvang van de gereformeerde gezindte?”
Van der Zouwen verheelt niet dat de RO „een lastige relatie” heeft met de Gereformeerde Gemeenten, waartoe hij zelf behoort. „Predikanten van dit kerkverband mogen officieel niet meewerken aan onze uitzendingen. Dat doen ze ook niet. Maar een zangavond van de jeugdbond mogen we wel live uitzenden. We hebben laatst ‘Haarlem’ gedaan en vanavond zitten we in Zaltbommel. Ik hoop dat de kerkelijke leiding wat meer ruimte voor de medewerking van predikanten zal gaan bieden, ook omdat 65 procent van onze luisteraars tot de Gereformeerde Gemeenten behoort. Trouwens, ook vanuit de Gereformeerde Gemeenten in Nederland hebben we een serieus aantal luisteraars.”
Het is een publiek geheim dat in het bestuur van de RO een multimiljonair zit. Kan hij nog iets betekenen voor de RO in deze laatste fase? Van der Zouwen: „Dit bestuurslid zit er niet vanwege zijn geld, maar vanwege zijn ervaring met christelijke radiostations in Amerika.”
De directeur vat zijn missie nog een keer samen: „We hebben afgelopen drie jaar hard gewerkt aan reclame maken voor de RO en vertrouwen winnen. We hebben het punt bereikt dat we zeggen: Nú moet de achterban over de brug komen.”