„Ervaring theoloog dient tot troost”
Alleen door ervaring word je theoloog. Dit woord van Luther, dat ooit als ‘opdracht’ en persoonlijk aandenken in een boek werd geschreven dat prof. dr. M. Matthias juist had aangeschaft, vormde woensdag de leidraad van zijn inaugurele rede. Hij sprak de oratie uit bij de aanvaarding van zijn ambt als hoogleraar lutherana aan de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) in Utrecht.
De rede is een verkenning van hoe Luther het begrip ”experientia” gebruikte. Prof. Matthias „klopt bij Luther aan” omdat hij benieuwd is naar wat de geestelijke vader van de lutheranen met zijn uitspraak wilde zeggen.Aan het begin van zijn lezing hekelt de hoogleraar theologen die de religieuze ervaring te hulp roepen „om Bijbelteksten te beschermen tegen de verdenking een illusie te zijn.” Van „subjectieve ervaring als apologetische instantie voor de waarheid van de Bijbel”, moet hij niets hebben. „Omdat wij de Bijbel niet meer onmiddellijk als Gods Woord horen, maar de Bijbel slechts historisch kunnen verstaan, weten wij ons te redden met de gedachte dat het in de Bijbel gaat om collectieve religieuze ervaringen, die wij nu nog net zo hebben of in ieder geval kunnen hebben – als we maar willen.”
Ook piëtisten zouden zich volgens prof. Matthias schuldig hebben gemaakt aan het verdedigen van de Bijbelse waarheid met subjectieve ervaring. Hij kwam tot deze conclusie tijdens zijn onderzoek naar teksten van het piëtisme. Die kwamen hem „toen al verdacht voor.”
In het Lutheronderzoek wordt de reformator gekarakteriseerd als een mens met bijzondere religieuze ervaringen, gaf de hoogleraar vanmiddag aan. „Dat wordt beschouwd als de basis voor de kracht en authenticiteit van zijn theologie. Sola autem experientia facit theologum! Onderzoekers grijpen graag terug op deze uitspraak om daarmee samen te vatten wat kenmerkend is voor Luthers theologie.”
Volgens prof. Matthias gaat er sinds de jaren zeventig nauwelijks een jaar voorbij, waarin dit woord van Luther niet in een wetenschappelijke studie als bewijs wordt geciteerd. „En wel voor zeer verschillende opvattingen.”
In zijn oratie gaat hij in op Luthers gebruik van het begrip ervaring voor diens „reformatorische wending.” Na die ommekeer echter „komt de betekenis van de experientia voor Luthers theologie voluit aan het licht.”
Uit Luthers Heidelbergse disputatie maakt prof. Matthias op dat de experientia –„hier geen individuele of subjectieve afzonderlijke ervaring, maar de ervaring van het contrete, het algemene”– niet de basis is van een theologische theorie, maar wel in staat is om die te weerleggen. „Een theologische theorie laat zich dus ook uit zichzelf weerleggen.”
Ook Luthers tweede reeks colleges over de Psalmen bevestigt het beeld dat „solide kennis in tegenstelling tot lege kennis ook met behulp van de experientia geverifieerd wordt, voor zover deze de concrete, maar bovenindividuele werkelijkheid van het menselijke leven doet kennen. Al het kennen van de Bijbel is slechts speculatie, wanneer men het niet kan betrekken op deze ervaring.”
Luther vond, zo verklaart prof. Matthias de bekende uitspraak van de reformator, dat de theorie van de theoloog voor de praktijk toepasbaar moet zijn. In die toepassing bewijst zich de theoloog. „Anders dan in de wetenschappen die zich met de natuur bezighouden, kan de experientia niet zelf het begin van de theologische kennis zijn, omdat die alleen uit de Schrift wordt verkregen. Maar experientia speelt daar een rol, waar ware en heilzame leer moet worden onderscheiden van uiterst gevaarlijke, want tot vertwijfeling leidende leer.”
Verder, zo interpreteert de hoogleraar, „moet de theoloog voldoende ervaring bezitten om de concrete mens theologisch inzicht te geven in wie hij is en hem daarmee te troosten.”
De bijeenkomst werd gehouden in de St. Janskerk.