Imca wil een belang van 50 procent in het bedrijf krijgen. Een handelsrechtbank bij Parijs moet de plannen van de Nederlanders echter nog beoordelen, op verzoek van de Franse regering.

Imca-directeur Erik de Vlieger hoopt evenwel dat Air Lib „niet de nek wordt omgedraaid.” Tijdens een persconferentie maandag in Parijs viel hij staatssecretaris D. Bussereau van Transport, die niet veel vertrouwen heeft in Imca, daar op aan. „Hij neemt niet de verantwoordelijkheid voor de 3400 mensen die Air Lib in dienst heeft.”

Minister De Robien van Transport liet zich na de persconferentie genuanceerder uit. „Ik ben blij dat er een Europese investeerder is die zich interesseert voor Air Lib.” Hij heeft de handelsrechtbank in de Parijse voorstad Créteil gevraagd de plannen van Imca eens goed te bekijken en om eventueel te bemiddelen. De Vlieger wil de op een na grootste luchtvaartmaatschappij van Frankrijk in twee delen splitsen, een prijsvechter en een maatschappij die zich toelegt op transatlantische vluchten.

De Robien wil weten hoe en wanneer Imca het kapitaal denkt in te brengen. Hij wil niet dat de schuld van Air Lib aan de staat, nu 110 tot 120 miljoen euro, nog hoger wordt. De maatschappij betaalt al maanden geen sociale lasten, belastingen of luchthavengelden meer.

De schulden aan de staat moeten worden terugbetaald, aldus De Robien. Aanvankelijk had Air Lib afgelopen donderdag 30,5 miljoen op tafel moeten leggen. Dat is voorlopig uitgesteld, in afwachting van de uitspraak van de handelsrechtbank. De Robien lijkt bereid de betalingen te spreiden over een langere periode.

Air Lib was een onderdeel van Swissair, dat in 2001 failliet ging. Daardoor kwam Air Lib in grote moeilijkheden. In november vorig jaar kondigde De Vlieger al aan interesse te hebben in Air Lib. Hij wilde toen alleen een prijsvechter van de maatschappij maken. Dat plan keurde de Franse regering af.