„Ik ben hier niet om een makkelijk leven te leiden”
Tweede Kamerlid Eddy Bilder uit Ermelo is door het CDA aangetrokken om het orthodox-christelijke geluid te vertolken. Het ene moment lukt dat, andere keren wat minder. „Ik ben hier niet om een makkelijk leven te leiden.” Een halfjaar op stap met afgevaardigde Bilder.
Soms, op donderdagavond, als Eddy Bilder een drukke werkweek in Den Haag heeft gehad, rijdt hij rechtstreeks naar de kringloopwinkel in Ermelo. Hij haalt de sleutel uit zijn broekzak, opent de deur, doet het licht aan en hurkt neer bij de verzameling tweedehands boeken. En daar zit hij dan, in een verlaten pand, op zijn knieën: boeken te sorteren voor de boekenmarkt van de kerk ter plaatse.Een „therapeutische bezigheid met gunstige financiële neveneffecten”, noemt hij het. Hijzelf is de hectiek van de dag kwijt. Voor de kerk brengt het veel geld op. Vier boekenmarkten en wat andere activiteiten, daar kun je al snel een jaar lang een predikant van bekostigen.
Bilder (44) zit nu twee jaar in de Kamer. Voor dit tijd was hij negen jaar lang wethouder ruimtelijke ordening in Ermelo. Eddy the Builder noemden de Ermeloërs hem liefkozend. Hij startte heel wat mooie bouwprojecten. En wat wethouder Bilder deed, dat deed hij daadkrachtig, grondig, en altijd in goed overleg met zijn dorpsgenoten. Soms, als zijn opvolger een steekje laat vallen, verzuchten sommigen: „Was Eddy er nog maar.” Nog steeds zet hij zich in voor zijn geboortedorp; als voorzitter van de Stichting Cultuurhistorisch Erfgoed, lid van het boeldagcomité, ouderling in de Gereformeerde Bondsgemeente.
In de zomer van 2006 was hij gebeld door Aart Mosterd, toenmalig CDA-Kamerlid uit Putten. Mosterd stopte ermee en hij zag de Ermeloër graag als zijn opvolger. Hannie van Leeuwen van de kandidaatstellingscommissie had hem gevraagd: „Waarom heb je gesolliciteerd?” „Ik heb niet gesolliciteerd”, had Bilder gezegd. Een paar weken later werd hij midden in de nacht gebeld: de partij wilde hem op een verkiesbare plaats zetten, de volgende ochtend nog moest hij beslissen. „Ik had er rust op. Mijn leven wordt geleid door de Heere God.”
Nee, makkelijk is het Kamerwerk niet altijd, schudt hij. Hij is bij de fractie gehaald als representant van orthodox-christelijke Nederland. Maar met portefeuilles als bodemkwaliteit, baggerwetgeving en gemeentelijke herindelingen kan hij moeilijk iets van zijn identiteit kwijt. Hij moet zijn visie bij andere gelegenheden uitdragen; tijdens fractievergaderingen, gesprekken met Kamerleden, lezingen in het land.
Haagse hectiek
Op een mooie nazomerse vrijdag, begin oktober 2008, ontvangt Bilder op het Binnenhof een groep van twaalf ondernemers uit Ermelo. Oude bekenden. Hij geeft hun een rondleiding en vertelt over zijn werkzaamheden.
Het eerste jaar kon hij maar moeilijk wennen aan de Haagse hectiek, vertelt hij. In Ermelo parkeerde hij zijn auto ’s ochtends bij het gemeentehuis, hij praatte wat bekenden, en toog aan het werk. „Ik kende iedereen. Je had aan een paar woorden genoeg.” Ouderen in het dorp vragen hem nogal eens: „Ben je er een van Jan of van Kor?”
Nu, op het Binnenhof, is hij „een kleine zelfstandige zonder personeel”, zoals hij zelf noemt. „Die vertrouwdheid van Ermelo was in één klap weg. Tot in het diepst van mijn wezen ben ik een dorpeling: ik houd van een vertrouwde, overzichtelijke omgeving, waar de dingen snel te plaatsen zijn. In Den Haag, waar de hectiek en de waan van de dag regeren, word je geleefd en moet je het grotendeels zelf uitzoeken. Ja, daar moest ik aan wennen.”
De ondernemers knikken. In het Kamerrestaurant halen ze koffie en thee. Ze willen er eigenlijk ook nog wel een koek bij. Bij de kassa ontstaat enige chaos. „Jongens, toch, maak het niet te moeilijk voor Eddy”, bromt er een. Bilder, ad rem: „Ik ben hier niet om een makkelijk leven te leiden, hoor.”
Kredietcrisis
Een paar weken later, op een herfstige maandagavond, betreedt Bilder de kleine gemeenschapsruimte van de Da Costaschool in Elspeet. Hij is er op uitnodiging van de CDA-afdeling Nunspeet. Er zijn zo’n twintig partijleden komen opdagen. Na de opening door de voorzitter, met een lezing uit Mattheüs, steekt Bilder een betoog af over zijn ervaringen als Kamerlid.
„In onze fractie houd ik me nadrukkelijk bezig met de C van het CDA”, houdt hij zijn gehoor voor. Hij hecht eraan om iets te vertellen over het verhitte debat, de afgelopen maanden, over embryoselectie. „Het beeld is: het CDA leunde achterover en liet de ChristenUnie de kastanjes uit het vuur halen. Maar de werkelijkheid is heel anders: het CDA heeft bewust gekozen voor een rol op de achtergrond, als stille bruggenbouwer tussen ChristenUnie en PvdA. Dat deden we in de wetenschap dat het kabinet anders zou kunnen vallen.”
Instemmend gemompel.
Bilder is een vlotte spreker, een man met een duidelijke dictie. Hij praat losjes drie kwartier achter elkaar, zonder papier en zonder haperen, met hier en daar een kwinkslag. In het schoollokaaltje zitten wat verontruste ondernemers. Ze vragen zich vooral af of Den Haag de kredietcrisis niet onderschat. „Ook ik heb me afgevraagd of ik m’n spaargeld in een oude sok zou stoppen”, zegt Bilder invoelend. „In de Bijbel staat dat geldzucht de bron van alle kwaad is. Dat maken we nu mee.”
Na afloop, terwijl de aanwezigen zich te goed doen aan de koekjes uit de blikken trommels en de koffie uit de thermoskannen, zegt een van de ondernemers: „Ik heb niet veel vertrouwen in de politiek. Maar Bilder is onze man.”
Lintje
Op een gure herfstavond, half november, besteedt televisieprogramma NOVA aandacht aan het fenomeen koninklijke onderscheidingen. Elk jaar worden duizenden Nederlanders blij gemaakt met een lintje. Wat de meeste mensen niet weten, is dat de versierselen na het overlijden van de gedecoreerde moeten worden teruggestuurd naar de staat. Gelukkig heeft CDA-Kamerlid Bilder, zelf in het bezit van een onderscheiding, de zaak in de smiezen. Hij wil de wetgeving veranderen, weet NOVA.
En zie, daar verschijnt de geachte afgevaardigde zelf in beeld. De televisieploeg komt bij hem thuis. Ja, het is wel wat raar dat de staat een cadeautje terugvraagt, zo vertelt Bilder de kijkers. „Ik kan mij voorstellen dat mensen verbaasd zijn.”
De CDA’er haalt niet heel vaak de media. Af en toe wordt hem iets gevraagd over gemeentelijke herindelingen. De Volkskrant interviewt hem over verontreinigd slib in Overijssel.
„Ik ben niet altijd blij met mijn portefeuilles”, geeft hij een paar weken na de NOVA-uitzending in zijn werkkamer toe. Op zijn bureau staat ”Ongeloof en revolutie”, het magnum opus van Groen van Prinster, de grondlegger van de christelijke politiek. Achter zijn stoel hangt een foto van de Oude Kerk in Ermelo. „Ik ben door het CDA aangetrokken vanwege mijn christelijke profiel. Ik had me kunnen voorstellen dat ik wat meer identiteitsgevoelige portefeuilles had gekregen. Gemeentelijke herindelingen vind ik een mooi dossier. Maar ik heb voornamelijk heel technische dossiers waarbij je je door de stapels papier moet heenworstelen. En dan kom je als kleine Kamercommissie bijeen, je wisselt de technische gegevens uit, je stelt wat vragen aan de minister, en dat is het dan.”
Hij zucht eens diep. Tsja.
„Waarom ik het doe? Uit plichtsbesef. Het moet wel gebeuren. Als ik zeg: „Ik doe het niet”, ben ik dan ergens te goed voor? Nee, ik doe het. Als je je ergens in verdiept, gaat het vanzelf wel leven.”
Onderonsje
Op een regenachtige dinsdag in december dromt een klein gezelschap samen in de Waalse kerk in Den Haag. Koningin Wilhelmina zat er in de banken, Groen van Prinsterer kerkte er. Deze ochtend presenteren Roel Kuiper, ChristenUniesenator, en zijn zoon Arie een hertaling van Groens ”Ongeloof en revolutie.” Bilder is erbij. Bij welke partij zou Groen nu uitkomen, zo is de vraag. Arie Kuiper glimlacht: „Toch wel bij de ChristenUnie, denk ik.”
Na afloop haast Bilder zich terug naar het Binnenhof, hij wil nog even de fractievergadering bijwonen. Op verzoek van zijn partijgenoten brengt hij kort en bondig verslag uit van de bijeenkomst in de Waalse kerk. „Dat was toch een ChristenUniefeestje, Eddy”, grapt CDA-Kamerlid De Vries. Bilder, gevat: „Ze kunnen wel tien boeken over Groen presenteren. Maar Groen is meer van ons dan van de ChristenUnie. Hij bleef binnen de grote Hervormde Kerk en was geen scheurmaker.”
Bilder ligt goed in de fractie. Geen show, geen poeha, betrouwbaar, authentiek, scherp, een eigen geluid, zo typeren fractiegenoten zijn inbreng. Goed, de eerste anderhalf jaar was hij wat afwachtend, „een beetje als een kat in een vreemd pakhuis.” Maar: „Zonder Eddy zou de CDA-fractie veel armer zijn.” Een tijdje geleden was hij aan de beurt om de fractievergadering te openen. Zijn meditatie over een aantal psalmen, met als thema ”God regeert”, had op sommigen diepe indruk gemaakt.
Tijdens de vergaderingen laat hij een orthodox-christelijk geluid horen. Embryoselectie, de Algemene wet gelijke behandeling, Israël, dat zijn de thema’s waarbij hij zich roert. Belangrijker nog zijn de onderonsjes met fractiegenoten voorafgaand aan een vergadering. CDA-Kamerlid Jonker, de woordvoerder homo-emancipatie, vroeg bij de standpuntbepaling over de vrijheid van bijzondere scholen bij het personeelsbeleid naar zijn mening. Bilder wil niet veel kwijt over de inhoud van die gesprekjes. Maar het standpunt dat Jonker –in veel opzichten een tegenvoeter van Bilder– in de Kamer uitdraagt, daar kan hij helemaal achter staan.
Rechts-conservatief
„Ik ben somber over de wereld, over de kerk. Ik weet het: ik ben geen vrolijke vent.”
Bilder zit thuis in zijn woonkamer. Aan de wand hangen schilderijen met Veluwse landschappen, op de tafel ligt het nieuwste boek over Calvijn. Een televisie heeft hij niet. „Ik kan de uitknop niet vinden.” Bilder, onberispelijk gekleed in een antracietgrijze pantalon, grijze strop en witte blouse, spreekt zijn zorgen uit over „ontwikkelingen in de Gereformeerde Bond.” „Het geloof wordt van binnenuit uitgehold. Het wordt een vormengeloof, alle bevinding vloeit weg.”
Ja, met zijn mensbeeld en levenshouding had hij goed bij de SGP gepast, erkent hij. Als jonge twintiger stemde hij zelfs op SGP-fractieleider Van der Vlies. Uiteindelijk koos hij toch voor het CDA. „Voor mij ging het om de keuze: wil je in de politiek alleen getuigen, of wil je concrete doelen bereiken? Ik wil vanuit mijn levensovertuiging niet alleen maar zeggen hoe het moet, het gaat mij juist om de vertaalslag en de resultaten.”
„Rechts-conservatief”, noemt Bilder zichzelf. In de Kamer zit hij naast de PVV’ers Madlener, Graus en Brinkman. „Mijn maatjes”, zegt hij: „Net als ik hebben ze met hun benen in de modder gestaan. We hebben dezelfde humor.” Samen grappen ze over Halsema van GroenLinks „als die zich voor de honderdste keer bij de interruptiemicrofoon meldt.” In de fractie speelt de discussie over eventuele samenwerking met de PVV. Niet iedereen zou blij zijn met een coalitie van CDA en PVV. Bilder: „Dan relativeer ik: regeren met de PvdA is ook geen pretje.”
Begin april ontstaat er gedoe over de aanstelling van legerimam Eddaoudi. Knops is de CDA-woordvoerder. Net voor aanvang van het Kamerdebat krijgt Knops een aantal uitspraken van de imam onder ogen: Balkenende is „nog geen deurmat waardig”, de missie in Afghanistan is een anti-islamoorlog. Knops is ontzet. Voor de zekerheid loopt hij even bij zijn buurman naar binnen: Bilder. Die is er snel klaar mee. „Een schande dat deze man is aangesteld”, oordeelt de Ermeloër. Even later, in de plenaire vergaderzaal, haalt Knops hard uit naar de „grievende” uitlatingen van de imam. In de fractievergadering leidt de kwestie tot een verhit debat. Bilder hekelt de benoeming van de imam nog steeds. Niet iedereen deelt die mening.
Bilder mag dan in de fractie regelmatig een afwijkend geluid laten horen, als er eenmaal een fractiestandpunt is geformuleerd, toont hij zich loyaal. „Er wordt mij vaak verweten dat ik Kamerlid ben namens een partij die pro-abortus en pro-euthanasie is. Zelfs als het CDA nu het meest strikte abortusbeleid, mijn standpunt, zou uitdragen, dan nog zou er niets veranderen. De werkelijkheid is namelijk dat 101 van de 150 parlementariërs zich in het geheel niet laten leiden door christelijke noties. Ik zeg niet dat wij het altijd goed doen. Ik zeg wel dat wij met onze compromissen erger hebben voorkomen. Het is waarschijnlijk een verschil tussen Elia en Obadja. Elia waarschuwde Achab voortdurend, terwijl hofmeester Obadja in functie bleef bij dezelfde koning. Beiden vreesden de Heere.”
Levensloop ing. E. J. Bilder
Eddy Bilder werd op 13 oktober 1964 geboren in Ermelo. Hij groeide op in een hervormd gezin. In verkiezingstijd hing er wel eens een CHU-poster voor de ramen. Zijn vader was algemeen directeur van het familiebedrijf, Bimo Bouw. Hij heeft één broer: „Mijn broer is de vrolijke tak van de familie, ik ben de sombere.”
Bilder studeerde, na de havo in Ermelo, bouwkunde en bedrijfskunde aan de hts in Zwolle. Vervolgens werkte hij, conform de wens van zijn vader, als uitvoerder op een bouwplaats, daarna werd hij directieassistent en later directeur van een deel van het familiebedrijf.
In 1990 kwam hij namens het CDA in de Ermelose gemeenteraad, van 1994 tot 1998 was hij fractievoorzitter. Eind jaren negentig werd hij wethouder en locoburgemeester.
Sinds maart 2007 zit hij in de Tweede Kamer. Daarnaast is hij ouderling in de Gereformeerde Bondsgemeente in Ermelo. Bilder is vrijgezel.
Zie ook de weblog van Bilder: http://weblogs.refdag.nl