De boservaring van Sielie
Titel:
”Donkerbos”
Auteur: Sielie Laubscher
Uitgeverij: Voorhoeve, Kampen, 2002
ISBN 90 297 1726 2
Pagina’s: 172
Prijs: € 14,90. Het woord roman op het omslag van ”Donkerbos” dekt de inhoud niet. Dit relaas van een depressie is geen roman. Wat het boek van Sielie Laubscher dan wel is en voor wie het is bedoeld, blijft mij ook na lezing ervan enigszins onduidelijk.
De Zuid-Afrikaanse predikantsvrouw Sielie Laubscher is altijd druk geweest met de zorg voor haar gezin, met het pastoraal begeleiden van mensen, met het meeleven met gemeenteleden. Totdat ze niet meer kan. Alle verplichtingen worden haar te veel. Bovendien weet ze de ingrijpende gebeurtenissen die ze meemaakt moeilijk een plaats te geven. Sielie verdwaalt in het donkere bos van een depressie.
Sprookje
In dit boek doet ze daarvan verslag. Ze vertelt het verhaal van haar eerste kleinkind, dat dood geboren wordt; van een boer die zelfmoord pleegt omdat de dalende maïsprijzen zijn bedrijf nekken; van een vrouw die op gruwelijke wijze haar twee zoons verliest. Talloze tragische gebeurtenissen volgen elkaar op.
Door de verhalen heen weeft de schrijfster fragmenten uit het sprookje van Hans en Grietje. Daarmee verwoordt ze hoezeer ze zich verwant voelt met de kinderen die in het donkere bos de weg kwijtraakten. Op zich is dit beeld mooi gevonden, maar ik vind dat de auteur het niet altijd even mooi toepast. Jammer is bijvoorbeeld dat ze het sprookje, dat zo duidelijk bij haar eigen situatie past, zelf vervolgens nog eens aanpast. Zo komen mensen die zij kent, opeens ook in het sprookje voor. Als een gemeentelid over de hartkwaal van z’n vrouw is komen vertellen, schrijft Sielie bijvoorbeeld:
„Hans: Kom binnen, oom David. U lijkt zo van streek; vertel me wat er mis is. Tante Susan heeft het aan haar hart? Ligt ze in het ziekenhuis? Kom bij me in de keuken zitten, dan zet ik voor ons tweetjes een kopje thee. Dan zult u zich in elk geval wat beter voelen. Lieve help, wat een schrik voor u.
Grietje: Ga nou toch weg. Vertrek alsjeblieft. Ik wil er niets over horen. Zo erg is hartkramp toch ook weer niet. Laat ik u liever maar eens vertellen hoe ellendig ik me voel; dat mijn hart dood is. Morsdood. Niet warm, niet koud, ook niet lauw. Dood. Dat is pas erg, hoor.”
Soortgelijke citaten komen ik in het echte sprookje nergens tegen. Het beeld, de gelijkenis met het sprookje, klopt wel weer (zonder manoeuvres van de schrijfster) als Sielie eindelijk uitkomst begint te zien:
„Grietje: Daar is ons huis! Daar heb je ons huis! Zie jij het ook tussen de bomen door, Hansje?”
Asaf
Het zal duidelijk zijn dat ”Donkerbos” geen vrolijk boek is. Dat kan niet anders. Juist dankzij de lange opsomming van nachtmerries wordt de bevrijding van het ontwaken duidelijk. De schrijfster heeft ervaren dat die bevrijding ten diepste alleen dankzij God mogelijk is. Mooi beschrijft ze dat in het laatste hoofdstuk:
„Wanneer je, door Gods genade, op een dag de weg terug naar huis vindt, ergens voor je tussen de bomen het licht van het Vaderhuis weer ziet wenken, dan kun je niet geloven dat jij even dom bent geweest en het jou evenzeer aan inzicht ontbrak als Asaf. Stap voor stap word je je weer bewust van een sterke Vaderhand die jou vasthoudt. (…) Zo’n boservaring heeft tot gevolg dat je persoonlijke relatie met God inniger wordt. Je leven krijgt een andere, dieper dimensie. (…).”
Zoals gezegd is ”Donkerbos” geen roman, al suggereert het omslag dat. Ene dr. Martin Beuker schrijft in de inleiding van het boek dat het echter ook geen populair-wetenschappelijke handleiding bij depressies wil zijn. Als Sielie Laubschers verhalen ertoe bijdragen -aldus Beuker- „dat wij beter gaan begrijpen wat dit voor een ziekte is, en als er daardoor mee begrip en sympathie ontstaat voor mensen die aan depressie lijden, dan heeft de schrijfster haar doel bereikt.”
Wie zelf in een donker bos dwaalt, zou door het lezen van het overgrote, eerste deel van dit boek echter alleen maar verder van huis kunnen raken. Wie bevrijd werd van een depressie, kan in Sielies ervaringen herkenningspunten vinden. Wellicht dat vooral familieleden en andere naasten van depressieve mensen iets aan dit boek hebben. Dat het in Zuid-Afrika werd bekroond met diverse prijzen, verbaast mij echter. Daarvoor is het te chaotisch geschreven en van een te vaag genre.