Het is de vraag of geref. gezindte nog leeft
De discussie rond Andries Knevel legt volgens dr. C. A. van der Sluijs het geesteloze karakter van de gereformeerde gezindte bloot.
Het gesprek met ongelovigen verzandt vaak in een welles-nietesspel, aldus dr. H. van den Belt in zijn artikel over apologetiek (RD van zaterdag ). Volgens hem komt dat door de insteek bij verstandelijke bewijzen voor het christelijk geloof. Als voorbeeld noemt hij het debat over schepping en evolutie.Ik ben het van harte met mijn collega eens, maar wat mij betreft had hij het mes ook mogen zetten in het eigen vlees van de gereformeerde gezindte. In het debat rond Andries Knevel meende die namelijk het pleit te kunnen beslechten met het aanvoeren van verstandelijke bewijzen. Met dit zogenaamde historisch geloof menen velen de waarheid van de Bijbel te kunnen toestemmen zonder zaligmakend geloof.
Zonder het standpunt van Andries Knevel te delen meen ik dat de wijze waarop de gereformeerde gezindte massaal over Knevel heen viel, haar innerlijke zwakte op een onthullende wijze aan het licht heeft gebracht. In feite deed men hetzelfde als hij: het eigen standpunt verabsoluteren op basis van verstandelijke bewijzen.
Het historisch geloof is onder ons een eigen leven gaan leiden, zonder het leven der genade. En daar zit de ellende, ten diepste van remonstrantse oorsprong. De mens kan wat, en weet het een en ander, en is zelfs in staat de Bijbel te verdedigen, ook zonder genade en zonder geloof.
Het historisch geloof is dan een opstapje naar het zaligmakend geloof, en daarmee komt het semipelagiaanse gif aan het licht. Men belijdt de doodstaat van de mens, maar loochent deze in de praktijk. Het toestemmen van de waarheid van de Bijbel zonder genade en zonder geloof is een ootmoedig lijkende, maar ondertussen hoogmoedig blijkende karikatuur van het zaligmakende geloof.
Bevindelijk
Het spanningsveld tussen het Schriftgetuigenis en onze verwoording daarvan dient intact dan wel geestelijk in beweging te blijven. Men kan niet schriftuurlijk spreken zonder dit tegelijk ook bevindelijk te doen.
Dat was juist het kenmerkende van de Reformatie. Allerlei scholastieke denkkaders werden doorbroken opdat de Schrift aan het Woord zou komen op een geestelijke wijze. Het sola Scriptura (alleen door de Schrift) functioneert bij de Reformatie alleen maar samen met het sola gratia (alleen door genade) en het sola fide (alleen door het geloof).
Het geesteloze karakter van onze gereformeerde gezindte is daarmee vele malen ernstiger dan men over het algemeen denkt. Nergens komt de verlichting uit de 18e eeuw in zo’n schril contrast met de Schrift aan het licht als juist onder reformatorischen in de 21e eeuw.
Blijkens het gedegen artikel van mijn collega Van den Belt wilde Herman Bavinck de kerk van zijn dagen wapenen met een waarlijk gereformeerde apologetiek. In de recente discussie rond Andries Knevel bleek de gereformeerde gezindte daarvan geen weet meer te hebben. Het is de vraag of zij nog leeft.
De auteur is hervormd emeritus predikant.