Calvijn en de EU
De 500e geboortedag van Calvijn wordt op allerlei wijzen herdacht. Waarschijnlijk zou de man zelf al die aandacht niet zo op prijs stellen. Het is dan ook beter om vooral te letten op het werk dat de eenvoudige Fransman tijdens zijn leven heeft verzet voor kerk en samenleving.
Calvijn is in onze kringen vermaard vanwege zijn Institutie. Komt dat door onze beheptheid met dogmatische vraagstukken? De brieven van Calvijn zijn veel minder bekend. Het zou een goede zaak zijn om ons wat meer in zijn correspondentie te verdiepen. Daaruit kunnen we leren hoe Calvijn het Woord van God toepaste in allerlei praktische situaties.Het eerste wat opvalt, is de imposante omvang. Zo’n 1370 brieven zijn bewaard. Niet minder opmerkelijk is de wijde actieradius. Van Londen tot Vilnius, van Emden tot Napels. Calvijn correspondeerde met personen uit bijna de gehele huidige Europese Unie. Hij sloot zich bepaald niet op in Genève of binnen de grenzen van Zwitserland. De Reformatie was een zaak die in heel Europa speelde en steun verdiende. Daarom schreef Calvijn brieven naar vele vooraanstaande personen in maatschappij en kerk uit allerlei landen in Europa.
Wanneer Calvijn een van zijn commentaren op een Bijbelboek gereed had en in gedrukte vorm wilde uitgeven, droeg hij dat op aan een van de vorsten, hertogen of een andere belangrijke bestuurder in het buitenland. Calvijn wilde zo de aandacht vestigen op het belang van een goede, Bijbelse prediking voor de samenleving. Wanneer de burgers leven naar het Woord van God bevordert dat de vrede en de rust in de maatschappij. Zo bepleitte Calvijn het belang van de gereformeerde kerken bij overheidspersonen in diverse landen van Europa: Zweden, Engeland, Frankrijk, Duitsland en Polen.
Van 1538 tot 1541 diende Calvijn de Franse vluchtelingengemeente in Straatsburg. In die tijd nam hij ook deel aan verscheidene godsdienstgesprekken in Duitsland. Na zijn terugkeer in Genève gaf hij niet alleen gestalte aan de Reformatie in die stad, maar bleef hij zich inspannen voor het herstel van de kerk door geheel Europa. Zijn contacten met de vele asielzoekers, die nooit tevergeefs bij hem aanklopten, waren daarbij behulpzaam.
Het voorgaande maakt duidelijk dat we uit de correspondentie van Calvijn kunnen leren dat de Reformatie een internationale, Europawijde beweging is geweest. Als reformatorische kerkmensen in Nederland zijn we dat in de negentiende en twintigste eeuw uit het oog verloren. We waren zo druk bezig met allerlei intern geharrewar en geredetwist dat we Europa te veel hebben gelaten voor wat het was. En dat terwijl „alle landen van Europa wel ‘iets’ hebben met de Reformatie”, aldus prof. dr. W. J. Kooiman (1903-1968) in een college.
Als erfgenamen van de Reformatie staan we in een levende traditie. Maar dan moeten we wel het contact met de bronnen van die traditie openhouden en ons niet verliezen in een introvert afdammingsproject. Want dan wordt het sprankelende bronwater troebel. Het krijgt een nare bijsmaak. Laten we het Calvijnjaar aangrijpen om waar nodig aan herbronning te doen.
Staande in die rijke traditie zouden we niets liever wensen dan met vernieuwd elan contacten te leggen met christenen en kerkgemeenschappen door geheel Europa. Van Zweden tot Italië en van Ierland tot Roemenië. Christenen in andere landen kijken altijd verrast wanneer je uitleg geeft over de manier waarop en de intentie waarmee SGP’ers politiek op basis van de Bijbel bedrijven in gemeenteraden, provinciale staten, de Kamers en het Europees Parlement. En wanneer je zegt dat je dit van een Geneefse predikant uit de zestiende eeuw hebt geleerd, raken je toehoorders vaak bijzonder geïnteresseerd, ongeacht hun kerkelijke denominatie.
Mocht nu iemand nog steeds van mening zijn dat de politieke roeping van de SGP zich moet beperken tot de Nederlandse contreien, dan is het klip-en-klaar dat je met zo’n standpunt niet in het spoor van Calvijn zit!
De auteur is directeur van de Guido de Brès-Stichting, het wetenschappelijk instituut voor de SGP. Reageren aan scribent? gedachtegoed@refdag.nl.