Niet zo raar dat christendom op z’n retour is
De teloorgang van het christendom was het thema van de vorige aflevering. Er is, zo zagen we, sprake van een proces dat bijna wetmatig verloopt, wel tijdelijke oplevingen kent maar per saldo in neerwaartse richting gaat. Dat was de ene kant van het verhaal.
De andere kant van het verhaal is dat christenen in het algemeen en de kerken in het bijzonder niet altijd een gelukkige hand hebben gehad in het keren van dit tij. Ik zeg ook niet dat ze dat tij hadden kunnen keren als ze het allemaal heel anders hadden gedaan, maar volgens mij heeft iedereen die het goede met het christendom voor heeft de dure plicht te redden wat er te redden valt.Ik weet dat er mensen zijn die daar niet zo mee bezig zijn. Het heil is persoonlijk, zeggen sommigen. Met andere woorden: het collectief doet er niet zo toe. Bovendien leidt behartiging van gezamenlijke belangen al snel tot duistere spelletjes. Anderen leggen zich neer bij de Bijbelse voorzegging dat ze in de wereld verdrukking zullen lijden. Maar zowel op het een als op het ander is nogal wat af te dingen. Wat die collectieve belangen en die spelletjes betreft: er moet zich maar eens een kerkscheuring voordoen of een ander verzengend conflict. Dan wordt er doorgaans zeer strategisch gehandeld en voert de bekommering om het persoonlijk heil opeens niet meer zo de boventoon. En dat de aangezegde verdrukking betekent dat je alles maar op zijn beloop moet laten, kan ik ook niet meemaken. Alleen al tegenover ons nageslacht zijn we volgens mij verplicht om ons in te zetten voor een maatschappelijke bedding waarin in vrijheid het christelijk geloof kan worden beleden.
Die inzet is er bij velen altijd geweest en is er nog steeds. Tegelijk is er ook afbreuk aan gedaan. Zo kom ik weer bij die andere kant van het verhaal. Dan begin ik maar met de Rooms-Katholieke Kerk. Dat is het verst van huis en dat praat het makkelijkst. Die kerk heeft de laatste decennia zo veel goodwill verspeeld dat je soms bijna denkt dat ze het erom doen. Ik hoef alleen maar de strapatsen van bisschop Williamson in herinnering te roepen. Dat hij de Holocaust publiekelijk ontkende, was natuurlijk een belediging van het Joodse volk die haar weerga niet kende. Bovendien getuigde het van een onvoorstelbare domheid. Maar alsof dat allemaal al niet erg genoeg was, had het Vaticaan er vervolgens ik weet niet hoe lang voor nodig om zich scherp van de man te distantiëren. Als je graag wilt dat het christendom belachelijk wordt gevonden, moet je het ongeveer zo aanpakken.
Om een ander zeer recent voorbeeld te noemen: Minder dramatisch maar toch ook niet erg handig was de boodschap van de paus aan zijn volgelingen in Afrika dat ze de condooms voortaan maar in de verpakking moesten laten. Over de juistheid of onjuistheid van dat advies kun je een heel bos aan bomen opzetten, maar daar gaat het nu even niet om. Net als ieder ander weet de paus dat zijn aanhang in Europa het condoomverbod massaal aan de laars lapt en daar een deel van zijn welvaart aan te danken heeft. Dan getuigt het toch niet van veel wijsheid om de (kleine) bijdrage die het condoom in Afrika speelt in de strijd tegen aids, in de ban te doen.
Maar nu dichter bij huis. Ik weet dat de kerkelijke verdeeldheid een open deur is maar hij moet in dit verband toch echt worden ingetrapt want het is en blijft hoe dan ook een onvergeeflijke schande. En als ik dan nog even terug mag naar de moederkerk: in dat opzicht hebben ze het daar beter begrepen. Ondanks alle leer- en liggingsverschillen heeft het Vaticaan de boel heel aardig bij elkaar weten te houden. Daar kunnen wij protestanten nog wel wat van leren.
Scheurmakerij is ketterij, zei de vrijgemaakte hoogleraar prof. dr. B. J. Kamphuis twee weken geleden tijdens de jaarlijkse studiedag van het Contactorgaan Gereformeerde Gezindte (COGG). Een waarheid als een koe, maar een buitenstaander zal zich toch de ogen uitwrijven bij zo’n uitspraak als hij de kerkelijke kaart van Nederland bestudeert. Je mag hopen dat zo iemand dan ook nog niet wil proberen de verschillen tussen alle binnen- en buitenverbanders, herstelden, afgescheidenen en half of niet helemaal gefuseerde denominaties te doorgronden, want dan begrijpt hij er helemaal niets meer van. Zo bezien is het niet zo verwonderlijk dat het christendom hier op zijn retour is.
Om niet in een klaagzang te eindigen wil ik ook nog een suggestie meegeven die in dit verband wellicht van nut kan zijn. De protestantse kerken kennen het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken, het CIO. Dat behartigt de belangen van 21 protestantse kerken. Tot nu toe hebben die verdienstelijk werk gedaan op tal van terreinen. Maar dat orgaan zou van mij nog wel verder mogen worden opgetuigd. Het begrip ”lobby” klinkt vrij werelds en daar moet dan maar iets anders voor worden bedacht maar een actieve opstelling, het voortdurend aanwezig zijn in het publiek domein, in debatten, in de media, in het centrum van de macht, op de plekken waar het gebeurt, dat zou niet zonder betekenis zijn. Met daarbij een eigen Antoine Bodar, zeg maar het gezicht van het protestantisme. De secularisatie zul je er niet mee tegenhouden maar je doet als gezamenlijkheid in ieder geval wat in je vermogen ligt. Bovendien: geluk kun je afdwingen, maar wonderen misschien ook wel een beetje.