„Zij geloven in hun missie; ik doe dat ook!”
RIJSWIJK (ANP) – „Natuurlijk begrijp ik ook dat het vaak een paar stapjes vooruit is en dan weer achteruit, natuurlijk is de vraag altijd gerechtvaardigd of hiervoor het hoogste offer gevraagd mag worden". Dat schrijft prins Willem–Alexander op zijn weblog, die te lezen is op de website van het Koninklijk Huis. De prins hield de drie dagen dat hij een bezoek bracht aan Afghanistan een ’dagboek’ bij.
De prins bezocht de Nederlandse troepen in Kandahar en Uruzgan en beleefde naar eigen zeggen de eerste avond met de driehonderd Nederlandse mannen en vrouwen een „zeer gezellige bijeenkomst in de Dutch Corner, de plek voor Nederlanders om af en toe wat ontspanning te zoeken en onder het genot van een frisje of een alcoholvrij biertje even weg te zijn van de lange en drukke dagen op de basis".Willem–Alexander is onder de indruk van de veranderingen in het land. „Nu, bijna twee jaar later, staat het Provinciale Reconstructie Team onder civiele leiding, is Uruzgan het voorbeeld voor het 3D–beleid (Defense, Diplomacy & Development) waar velen met bewondering naar kijken, is er een ANA (Afghaans nationaal leger) dat in staat is leiding te nemen bij militaire acties en zijn grote delen van Uruzgan zo veilig dat wij er gewoon rondgelopen hebben".
„Natuurlijk zijn er frustraties bij diegenen die met positieve verwachtingen hierheen kwamen en de veranderingen te langzaam vinden gaan, die liever zelf meteen het verschil hadden willen maken en de resultaten daarvan willen zien", aldus Willem–Alexander. „Ondanks dit alles is bij mij het gevoel van hoop op een mogelijke duurzame vrede en ontwikkeling niet weggenomen, in de eerste en de laatste plaats door de gesprekken en ervaringen van al die moedige mannen en vrouwen die ik hier heb mogen zien en spreken. Zij geloven in hun missie, ik doe dat ook!"