Het jaarlijkse Paasappel van jeugdvereniging Augustinus van de gereformeerde gemeente in Woerden werd gehouden in de Bethlehemkerk. Evangelist E. Kroon uit Guinee sprak over ”In de wereld”. Hij benadrukte dat het niet moet gaan om de wonderen en dat de mensen Jezus ook niet moeten zien als een wijsheidsleraar. „Als je Jezus niet als Heere erkent, heb je niets.”Ds. D. de Wit uit Rijssen sprak over ”In je hart”. Hij zei dat Jezus liefdespijlen op Zijn boog heeft, die Hij afschiet op vijanden, ellendigen en nooddruftigen. Nicodemus met zijn trotse hart werd getroffen, evenals de Samaritaanse vrouw bij de waterput, een groot zondares.

Het werd heel stil in de kerk toen Jeugdbond-directeur L. A. Kroon aan het begin van het forumgesprek aan de jongeren vroeg of ze het koningschap van Christus in hun omgeving zien. Tientallen vingers gingen de lucht in. Een jongeman vertelde dat hij afgelopen zomer met een groep aanwezig was bij de viering van het heilig avondmaal in een Afrikaans land. Toen ervoer hij zo sterk dat God leeft, dat hem de tranen in de ogen schoten.

Een ander vertelde over zijn gemeente, waar de leden geld inzamelden voor een gemeente in een ander land. Hij vindt het bijzonder dat het geld daar precies op het goede moment aankwam.

Een meisje getuigde ervan in haar omgeving mensen te kennen die de Heere volgen en dat in hun dagelijks leven laten zien.

Evangelist Kroon zei het feit dat hij in een moslimdorp in Guinee mensen met het evangelie van Christus in aanraking brengt, te zien als een blijk van Christus’ koningschap. In het dorp Coliah wonen maar twee families die geen moslim zijn. De bewoners van het dorp hebben hem vriendelijk en gastvrij ontvangen. Hij evangeliseert niet in een speciaal gebouw maar door gesprekken met moslims en door samen dingen te doen. Er heeft nog geen overgang tot het christendom plaatsgevonden. Kroon verwacht tegenstand als moslims aangeven christen te willen worden.

De evangelist riep de jongeren op om in hun omgeving tegenover moslims van Jezus te spreken. Dat geboren Nederlanders overgaan tot de islam verklaart hij uit het feit dat mensen hun zekerheden kwijtgeraakt zijn. „Als je geen zekerheden meer hebt en als de moraal van je klasgenoten of collega’s je niet blij maakt, dan vind je duidelijkheid bij de islam.” Hij vroeg de jongeren om te laten zien dat er niets zekerder is in het leven dan de Koning Die leeft.

Ds. De Wit zei het koningschap van Christus vooral in de stilte te ervaren, de stilte van zijn studeerkamer en het stille werk van God. „Er worden nog steeds mensen bekeerd, maar het gebeurt op stille plekken. Het komt niet in de krant.”

Hij verhaalde van een Jood in Oekraïne, die eerst in het geheim wodka stookte, maar later naar de kerk ging. Het was echter niet meer dan een bekering van de kroeg naar de kerk. Na een gesprek met predikanten uit Nederland was de Jood boos. Hij wilde niets te maken hebben met vrije genade.

Een halfjaar later was hij radicaal veranderd en vroeg hij: „Kan een zondaar zoals ik ben nog wel bekeerd worden?” Ds. De Wit: „Later sprak hij tot zijn volksgenoten over de Messias. De eertijds boze blik in zijn ogen had plaatsgemaakt voor een vreugdevolle twinkeling. Zo’n verandering is toch niet te begrijpen? Dat heeft God gedaan.”

Op een vraag over bekering antwoordde de Rijssense predikant dat die niet afhangt van mensen, maar dat zalig maken en zalig worden voor 100 procent het werk van God is. „Dat is vertroostend. De Heere werkt nog.”

Hij raadde de jongeren aan de deugden van God veel te overdenken om zo ingeleid te worden in de heilgeheimen van het Woord.