Het slachtoffer zou met zijn auto zijn ingereden op een wegblokkade nabij de wijk Sur Bahir, waar veel Arabieren wonen. De politie opende het vuur op de man. Drie agenten raakten lichtgewond tijdens het geweldsincident.Het vernielen van huizen van moordenaars was tot een paar jaar terug schering en inslag in Israël. De autoriteiten gebruikten het als vergeldingsmaatregel. Ze hoopten verder dat het potentiële daders van nieuwe aanslagen zou afschrikken. Aan het sloopbeleid kwam een einde toen een militaire commissie in 2005 vaststelde dat het niet effectief was.

De autoriteiten in Israël grijpen nu toch weer terug op de maatregel, die al is veroordeeld door een mensenrechtenorganisatie als B’Tselem. Volgens deze organisatie is het slopen van huizen een duidelijk geval van een collectieve straf en een schending van het principe dat mensen niet mogen worden gestraft voor daden van iemand anders.

De bulldozermoordenaar werd vorig jaar doodgeschoten door omstanders en agenten, nadat hij op een druke weg in Jeruzalem was ingereden op een bus. Naast de drie doden raakten destijds twintig personen gewond.

Familieleden van de man hadden bezwaar aangetekend tegen het sloopbesluit. Hun advocaat wees er vergeefs op dat al jaren geleden was vastgesteld dat de dader, een 30-jarige vader van twee kinderen, geestesziek was.

Het beroep werd vorige maand afgewezen door het hooggerechtshof in Israël. Daardoor konden de autoriteiten dinsdag beginnen met het slopen van het huis. Tientallen Palestijnen raakten in gevecht met de aanwezige oproerpolitie. Ze bekogelden de ordehandhavers met stenen en werden op hun beurt bestookt met traangas.