Beiden zochten in de bestelbus naar een krik en een moersleutel. Beide bleken niet in de bus aanwezig te zijn. Daarop namen zij contact op met de Amsterdamse verhuurder. Een medewerker van dat bedrijf kwam ter plaatse, maar het lukte hem niet alle moeren van de lekke rechterachterband los te krijgen. Daarop maakte hij aanstalten om weg te gaan. Er ontstond een woordenwisseling, waarbij de medewerker van het verhuurbedrijf aangaf dat de bus wel op tijd terug moest zijn omdat zij anders hun borg van 350 euro kwijt waren.

Toen de medewerker daadwerkelijk in zijn auto stapte en weg wilde rijden, probeerde de Amsterdamse dat te voorkomen door bij het geopende portier te gaan staan. Zij wilde voorkomen dat hij haar met pech midden in de nacht op de snelweg achter zou laten. De man reed echter achteruit, terwijl zij bij het geopende portier meeliep.

Er ontstond een schermutseling tussen hen, waarbij de vrouw de man een klap gaf en hij haar een zet zou hebben gegeven, waardoor de vrouw op de rijbaan terecht kwam. De Utrechtse vriend van de vrouw liep voor de auto, maar de man reed door en duwde hem daardoor de rijbaan van de snelweg op. Daarna gaf de medewerker gas en reed weg.

De politie werd gewaarschuwd en ging ter plaatse. De Amsterdamse en Utrechter deden hun verhaal. De ANWB kwam ter plaatse en nadat de vrouw voor 220 euro lid was geworden, werd zij uit de brand geholpen. Beiden kwamen naar het politiebureau en de Amsterdamse deed aangifte van poging tot doodslag c.q. poging zware mishandeling. De politie stelt een onderzoek naar de medewerker van het verhuurbedrijf in.