Van de Scheur bekend van de barricade
Jaap van de Scheur, oud-vakbondsman en politicus, is vorige week donderdag op tweede kerstdag overleden. Hij is 76 jaar geworden. De crematieplechtigheid heeft inmiddels plaatsgevonden. De familie heeft dit donderdag bekendgemaakt.
Van de Scheur verwierf landelijke bekendheid als vakbondsman. Hij was van 1982 tot en met 1990 voorzitter van de Abvakabo. Als er één staking is die de vorige week donderdag overleden Jaap van de Scheur (76) landelijke bekendheid heeft gegeven, is het wel die van 1983. Tien weken bleef het vuil op straat staan, bleven bussen in de garages en werd de post niet bezorgd.
Aanleiding was het voorstel de ambtenarensalarissen met 3,5 procent te verlagen. De achterban van de Abvakabo, tot dan toe een bedaagde groep die zich vermeide in de zekerheden van een baan voor het leven, was woedend.
Als het aan de boze beambten lag, had de wekenlange werkstaking zelfs nog langer geduurd, maar de rechter stak daar een stokje voor. Van de Scheurs beroemdste staking mislukte. Nu ja, de lonen gingen 3 procent omlaag in plaats van de aangekondigde 3,5 procent.
Maar Van de Scheurs’ achterban beschouwde de staking niet als een mislukking. Dankzij de acties van 1983 waren de ambtenaren in de algemene beeldvorming immers niet langer grijze functionarissen, maar zwoegende vuilnismannen en overwerkte postbodes. De ambtenaren hadden bovendien geleerd wat staken is en hebben dat wapen sindsdien vaker ter hand genomen.
Beroemd en berucht was Van de Scheur in de jaren tachtig. Samen met Arie Groenevelt van de Industriebond en Herman Bode, vice-voorzitter van de FNV, vormde hij jarenlang het boegbeeld van de radicale vakbeweging.
De oud-voorzitter was niet alleen voor de werkgevers streng. Binnen zijn eigen Abvakabo stond hij bekend als een autoritaire man. „Ik vond dat iedereen maar net zo hard moest lopen als ik. Geen flauwekul: werken. Dat heeft wel eens tot frustraties geleid”, erkende hij in 1990 in een interview ter gelegenheid van zijn afscheid als bondsvoorzitter. Bestuurders van collega-bonden meldden dat hij geen tegenspraak duldde. „Hij opereerde als een vechtmachine - maar altijd in het belang van de goede zaak.”
Emoties wegsteken om een betere onderhandelingspositie te creëren lag niet in zijn aard. Zijn boze arbeidersgezicht op de televisie sprak boekdelen. Krasse uitspraken waren zijn handelsmerk. Toen FNV-voorzitter Hans Pont in 1988 de overstap maakte naar het ministerie van Binnenlandse Zaken, waar hij -namens het werkgeverskamp- onderhandelde over de ambtenaren-CAO, riep Van de Scheur: „Het toppunt van dwaasheid. Hij mag nu als loopjongen van de minister de ambtenaren bezuinigingen door de strot duwen.”
De bekende stakingsleider werd op 24 november 1926 geboren in Heerlen als zoon van een timmerman in de mijnen. Hij is in een protestants gezin grootgebracht; het waren socialistische ooms die het gezin en ook Japie in contact brachten met de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij en met de vakbeweging.
Op zijn zesde verhuisde hij naar de Haagse Schilderswijk, waar zijn moeder een kruidenierswinkeltje dreef. In 1941, toen hij zijn mulo-diploma op zak had, ging hij werken als jongste bediende in een drukkerij. Later werd hij opgepikt voor de Arbeitseinsatz om in Drenthe te werken. Na de oorlog ging hij als dienstplichtige naar Indië. Daarna had hij diverse baantjes waarbij hij zich met cursussen verder schoolde totdat hij in 1959 in dienst trad van de Abva.
In welke hoedanigheid ook, Van de Scheur was nooit de man die de gedetailleerde beleidslijnen voor de komende vijf jaar uitzette. Liever koos hij voor de directe emotionele betrokkenheid met de kleine man. Naaste medewerkers stellen dat zijn boosheid over de ambtenarensalarissen altijd gemeend was: de eenvoudige beambte werd onrecht aangedaan.
Zijn betrokkenheid met de misdeelden is nooit verdwenen. Na zijn vertrek bij de Abvakabo werd hij lid van de Rotterdamse gemeenteraad. Aanvankelijk voor de PvdA-fractie, maar later, uit onmin met het PvdA-standpunt rond de bezuinigingen op de WAO, voor zijn eigen partij, Solidair ’93.
De laatste jaren kwam hij af en toe in het nieuws als huurders van volkstuintjes het slachtoffer dreigden te worden van megalomane bouwplannen van de gemeente Rotterdam. Hij ging voorop in het protest, als altijd.