Debat nodig over mensverbetering
Kerken moeten zich mengen in het gendebat, aldus ds. G. de Fijter (RD van 27 maart). Een debat over technologie om mensen te verbeteren is inderdaad nodig, stellen drs. Mirjam Schuijff en dr. Frans Brom. Het is goed als de kerken daaraan actief bijdragen, maar laat ook andere maatschappelijke organisaties meepraten.
Het gebruik van technologie om mensen verbeteren, of zelfs leven te maken, lijkt misschien toekomstmuziek. Toch bestaan er al verschillende genetische en andere technologieën die gebruikt (kunnen) worden om mensen te verbeteren. Denk maar aan de opkomst van de cosmetische chirurgie. Er worden nog regelmatig nieuwe ingrepen bedacht om het uiterlijk te verfraaien, en het is meer en meer geaccepteerd geraakt om deze te laten uitvoeren.Een andere, reeds bestaande verbetertechnologie is het gebruik van ADHD-medicijnen. Deze medicijnen stimuleren het concentratievermogen, zowel bij een groeiend aantal patiënten als bij gezonde mensen. Sommige gezonde mensen gebruiken zulke middelen om te blokken voor tentamens of om een deadline te halen.
Een filosoof als Francis Fukuyama staat kritisch tegenover het medisch behandelen van eigenschappen als ”een druk karakter”. Zo wordt verbetertechnologie ongemerkt geïntroduceerd, meent hij. Een aantal vooraanstaande rechtsgeleerden en hersenwetenschappers heeft echter juist gepleit voor legalisering van het gebruik van deze middelen in het toonaangevende tijdschrift Nature.
Stapsgewijs
Afgelopen zomer woedde in Nederland, tot slot, een debat over pre-implantatie genetische diagnostiek, ofwel embryoselectie. Hiermee kan er bij een ivf-behandeling op basis van een genetisch kenmerk gekozen worden om een embryo wel of niet te gebruiken.
Tot nu toe wordt deze procedure gebruikt om ervoor te zorgen dat toekomstige kinderen niet lijden aan genetische aandoeningen, maar in principe is het mogelijk om te testen op bijvoorbeeld oogkleur. Recent zag een Amerikaanse kliniek in Los Angeles onder druk van hevige kritiek af van het aanbieden van deze service.
De genoemde verbetertechnologieën en het gebruik ervan roepen allerlei vragen op. Wat zijn de bijwerkingen voor de gebruiker, nu of in de toekomst? Hoe moet het gebruik van de technologie geregeld worden, zodat embryoselectie voor genetische aandoening wel mag, maar niet voor cosmetische wensen? Zulke vragen worden besproken door mensen die betrokken zijn bij de technologie en praktijk.
Mensverbetering gaat echter niet alleen over losstaande technologieën of individuele gebruikers. Ook andere mensen en zelfs de samenleving als geheel kunnen beïnvloed worden door de verbetertechnologieën. Bovendien zijn er behalve vragen over veiligheid of regulering ook moeilijker te verwoorden en te beantwoorden vragen te stellen.
Is het gebruik van verbetertechnologie wenselijk? Hoe zal het gebruik ervan ons zelfbeeld veranderen? Welke invloed heeft het nastreven van individuele verbetering op de samenleving, op de solidariteit met zieken of zwakkeren? Bedreigen verbetertechnologieën fundamentele waarden voor de maatschappij? Of benutten we de kansen die zulke technologieën ons en onze samenleving bieden juist onvoldoende?
Het debat over het fenomeen mensverbetering is tot dusverre beperkt gebleven tot academische kringen, waar filosofen en andere wetenschappers discussiëren over dit thema. Terwijl zij morele argumenten (blijven) wegen, wordt het gebruik van verbetertechnologieën in de samenleving steeds normaler, en worden allerlei nieuwe mogelijkheden stapsgewijs ontwikkeld of ontdekt. Gebruiken kan leiden tot gewennen, en verbetertechnologie verandert zo ongemerkt en wellicht ongewenst de samenleving.
Moeilijke vragen
Er bestaan grote meningsverschillen over mensverbetering, zoals in het debat over embryoselectie duidelijk werd. Het publiek verwoorden van meningen door verschillende partijen kan bijdragen aan publiek bewustzijn van de opkomst van technologieën en de verstrekkende invloed die deze technologieën kunnen hebben op de samenleving.
Het zou daarom goed zijn om de ”moeilijke vragen” te bespreken vóór een nieuwe politieke rel losbarst, zoals die over embryoselectie, en vóór deze technologieën de samenleving sluipend veranderd hebben en er niet meer gedaan kan worden dan het beperken van de schade.
Organisaties als kerken kunnen beslist een rol spelen in het agenderen van vragen over mensverbetering die relevant zijn voor de samenleving. Bovendien kunnen ze het debat aftrappen door hun waarden en uitgangspunten over nieuwe ontwikkelingen als verbetertechnologieën articuleren.
Het is te hopen dat de kerken gehoor geven aan de oproep van ds. De Fijter om mensverbetering publiek te bediscussiëren, vooral als zij dat op een manier doen die andere individuen of groepen uitlokt om ook hun standpunten te formuleren. Mensverbetering raakt immers niet alleen filosofen, theologen, sociologen of andere deskundologen, maar iedereen in de samenleving!
De auteurs zijn respectievelijk onderzoeker en hoofd Technology Assessment bij het Rathenau Instituut.