Kamer alert op situatie christenen Afghanistan
De internationale gemeenschap moet alert blijven op de mensenrechtensituatie in Afghanistan, in het bijzonder op de godsdienstvrijheid.
Dat vinden de Kamerleden Voordewind (ChristenUnie), Knops (CDA) en Van Bommel (SP), die dinsdag als waarnemer aanwezig waren bij de internationale Afghanistantop in Den Haag.Daar stelden ruim zeventig landen een gezamenlijke slotverklaring op. Belangrijke elementen daarin zijn de nadruk op veiligheid in Afghanistan en afghanisering – wat neerkomt op het overdragen van verantwoordelijkheden aan de Afghanen.
Meer nadruk op veiligheid en afghanisering kunnen consequenties hebben voor de mensenrechtensituatie in Afghanistan, onderkent CDA-Kamerlid Knops. „Op het punt van mensenrechten moet het Westen niet veel concessies doen”, meent hij echter. „Wij zitten niet in Afghanistan om dat land toe te staan er een potje van te maken. De universele mensenrechten gelden voor iedereen, voor christenen, vrouwen en gevangenen.”
Net als Knops vinden ChristenUnie-Kamerlid Voordewind en SP’er Van Bommel dat het Westen het recht en de plicht heeft zich met de mensenrechtensituatie in Afghanistan te bemoeien. „Internationale druk is gerechtvaardigd als bijvoorbeeld christenen worden onderdrukt”, zegt Voordewind. „De internationale gemeenschap mag Afghanistan eisen stellen gezien de grote hoeveelheid militaire middelen en geld die wij in het land steken.”
Veiligheid is vanzelfsprekend belangrijk, stelt Voordewind, maar „mensenrechten moeten goed worden vertaald in de wetten van Afghanistan. Godsdienstvrijheid heeft daarbij voor mij de hoogste prioriteit.”
Van Bommel noemt het „pessimistisch” om te veronderstellen dat afghanisering per definitie negatieve gevolgen heeft voor de mensenrechten. „Het risico bestaat dat het fout gaat, maar als het Westen zich er dan mee bemoeit, heeft dat zeker effect. Kijk maar naar de strafzaken waarbij dat is gebeurd.”