Dat is de stellige overtuiging van Horia Mosadiq, een Afghaanse vrouw die na bedreigingen vorig jaar haar moederland de rug moest toekeren. Ze werkt nu voor de mensenrechtenorganisatie Amnesty International in Londen. Maandag sprak ze op een bijeenkomst van non–gouvernementele organisaties op Clingendael in Den Haag.Ze hoopt dat er andere kandidaten zullen opstaan, die een serieuze kans maken op het presidentschap. Wie dat zou kunnen zijn, weet ze niet. De inschrijvingstermijn is nog niet verstreken. In ieder geval heeft zij, en volgens haar veel Afghanen met haar, het vertrouwen in Karzai volledig verloren.

De huidige president is met niets anders bezig dan de voormalige krijgsheren en andere mensenrechtenschenders te vriend te houden om zelf aan de macht te kunnen blijven, aldus Mosadiq. Ze heeft geen signalen dat hij zijn houding zal veranderen als hij is herkozen.

De aanwezigheid van deze lieden met bloed aan hun handen en daarmee de voortgaande straffeloosheid, is volgens haar funest voor de toekomst van Afghanistan. Ze wijst erop dat de bevolking zo geen vertrouwen kan krijgen in het lokale bestuur, dat in veel delen nog door krijgsheren wordt gedomineerd. Veel mensen worden geïntimideerd. En komt de dreiging niet van de krijgsheren, dan wel van de Taliban. „Mensen houden niet van de Taliban, maar ze krijgen geen steun van de centrale regering”, zei Mosadiq.

Ze blijft niettemin toch positief over de ontwikkelingen op de lange termijn, met alle hulp van buitenaf. Ze vindt dat de internationale gemeenschap beter de vinger aan de pols moet houden en strikte doelstellingen moet bepalen. Daardoor kunnen de resultaten meetbaar worden. Mosadiq hoopt dat de top oplevert dat er een strategie komt, waar ook de Afghaanse regering zich aan moet houden. „Ik hoop niet dat ze de top zien als een symbolisch gebaar”.