De sociaaldemocratische regering van premier José Luis Rodriguez Zapatero wil vrouwen die een abortus ondergaan en artsen die de zwangerschapsafbreking uitvoeren meer wettelijke bescherming geven.Bij de protestactie in Madrid waren ongeveer 200 organisaties betrokken. Volgens de media en de autoriteiten gingen tienduizenden mensen de straat op. De organisatoren hielden het op een half miljoen.

De huidige abortuswet dateert van 1985. Volgens die wet is bij verkrachting abortus toegestaan tot in de twaalfde week van de zwangerschap. Bij mismaaktheid van het kind of medisch gevaar voor de moeder wanneer het kind zou worden geboren, is abortus tot in de 22e week van de zwangerschap mogelijk.

De regering-Zapatero wil de mogelijkheden onder meer vergroten door na verkrachting tot in de veertiende week van de zwangerschap abortus toe te staan. Ook wil de regering meisjes tussen de 16 en de 18 de mogelijkheid bieden een abortus te ondergaan zonder toestemming van de ouders.

De aangekondigde maatregelen met betrekking tot versoepeling van de abortuswetgeving passen in de liberalisering die de regering-Zapatero sinds haar aantreden doorvoert. Een halfjaar na het aantreden van het linkse kabinet, in maart 2004, besloot Madrid al het homohuwelijk mogelijk te maken. De regels rond echtscheiding werden versoepeld, de abortuswetgeving verruimd en er kwam –zij het schoorvoetend– een discussie over euthanasie op gang.

Dat het daarbij niet zou blijven, maakten de Spaanse socialisten vier jaar geleden al duidelijk. De homoseksuele politicus Pedro Zerolo kondigde bij de invoering van het homohuwelijk aan dat het einde van de liberalisering nog niet in zicht was. „Dat is slechts een onderdeel van een hele serie sociale hervormingen die wij hebben gepland.”