De gewelddadige incidenten gebeurden onder het oog van Nederlandse begeleiders van de marechaussee. Die moesten volgens een woordvoerder van de marechaussee de betrokken politieman bij de verdachte weghalen.
Het was de bedoeling dat de man vanwege een arrestatiebevel aan Polen werd overgeleverd. Volgens Van Eenennaam ontkent de Pool dat hij zich heeft verzet. Het gewelddadige incident is tot nu toe stilgehouden.

De geboeide man werd hardhandig op de grond gewerkt door de Poolse agent die hem kwam ophalen. Vervolgens heeft de diender de verdachte flink mishandeld, aldus de raadsman. Van Eenennaam: „Hij heeft mijn cliënt meerdere malen getrapt en op zijn gezicht geslagen toen hij op de grond lag. De Nederlandse begeleiders spraken van buitensporig veel geweld. Zij waren kennelijk niet in staat om deze mishandeling te voorkomen”.

Na dit eerste voorval was de ellende voor de Poolse verdachte nog niet voorbij. Tijdens zijn vervoer naar het vliegtuig werd hij opnieuw geslagen. „De verwondingen waren kennelijk zo ernstig dat de gezagsvoerder van het vliegtuig mijn cliënt niet mee wilde nemen. Daarop kreeg hij opnieuw een pak slaag”.

De marechaussee bevestigt het geweld en zegt dat hun collega’s tussenbeide moesten komen. Een woordvoerder zegt dat het Openbaar Ministerie (OM) in Amsterdam het incident onderzoekt.

De Pool is uiteindelijk niet naar zijn vaderland gebracht. Na behandeling in het ziekenhuis is hij naar het cellenblok van Schiphol–Oost overgebracht. De man wordt in Polen onder meer verdacht van bedreiging van politiemensen. Ook moet hij daar nog een straf uitzitten.

De rechtbank in Amsterdam, die over internationale rechtshulp gaat, heeft de overdracht van de Pool voorlopig opgeschort. Van Eenennaam vindt dat zijn cliënt niet meer aan Polen mag worden overgedragen. „Nederland moet bescherming bieden als iemand in een land een reëel risico loopt om aan een onmenselijke of vernederende behandeling te worden onderworpen”, legt hij uit. „De Poolse politie heeft met het incident te kennen gegeven het niet zo nauw met de rechten van verdachten te nemen. Nederland moet instaan voor de veiligheid van mijn cliënt in Polen. Dat lijkt onmogelijk omdat die veiligheid hem zelfs in Nederland niet kon worden geboden”.