Kerk & religie

Voetbank

„De hemel is Mij een troon, en de aarde een voetbank Mijner voeten…” Handelingen 7:49

20 March 2009 20:19Gewijzigd op 14 November 2020 07:33

Van wat de Heere in deze tekst zegt, is te leren dat Hij is een alomtegenwoordig God is. Met Zijn wezen, met Zijn tegenwoordigheid en kracht, vervult Hij hemel en aarde alzo, dat er nergens een plaats is waar Hij niet zou te vinden zijn. Dit mag verder blijken uit verschillende plaatsen uit de Heilige Schrift.Het moet ook noodzakelijk zo wezen dat hemel en aarde te klein zijn om Hem te bevatten. Salomo zegt: „Zou God op aarde wonen? Zie, de hemelen, ja, de hemel der hemelen zouden U niet begrijpen.” Daarom wordt met waarheid gezegd dat God nergens in-, noch ook uitgesloten wordt. Hierin dwalen zij die menen dat God wel met Zijn kracht en werking, maar niet met Zijn wezen alomtegenwoordig is. Dit is een dwaling waardoor God niet alleen beroofd wordt van de oneindigheid van Zijn wezen.

Zij dwalen ook, die Gods tegenwoordigheid zo binden aan een kerk of een kapel, dat zij in het bidden daar meer hopen verhoord te worden dan elders. Wij dan moeten Hem zowel in de ene als in de andere plaats aanroepen en mogen daartoe geen speciale plaats verkiezen, dan om met meerdere aandacht te bidden.

Franciscus de Wael,predikant te ’s-Hertogenbosch

(”Waerheyts Triumphe”, 1657)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer