Afgeluisterd: Blokfluitsonates/Watermuziek/Organ Concertos
In de jaren 1690 tot 1740 genoot de blokfluitsonate een grote populariteit binnen het Europese muziekleven. Sonates voor (alt)blokfluit en basso continuo werden vaak speciaal uitgegeven voor amateurmusici. Ze waren in technisch opzicht niet te moeilijk, maar boden veel uitdaging als het om interpretatie ging.
Händel componeerde zijn blokfluitsonates in de jaren 1724 tot 1726, de tijd waarin zijn opera’s heel succesvol waren in Londen. De jonge componist van Duitse komaf was de lieveling van het Londense publiek. Het is daarom niet verwonderlijk dat zijn blokfluitsonates nogal wat melodisch materiaal uit zijn eigen opera’s bevatten: dat maakte ze meteen populair en bovendien stelden ze muziekliefhebbers in staat ook thuis van Händels bekende melodieën te genieten.Het is gebruiksmuziek, maar wel vol afwisseling en met vaart geschreven. Typisch Händel, zou je zeggen. De bekende Nederlandse blokfluitist Erik Bosgraaf speelt dienovereenkomstig: vol afwisseling en met vaart. Dat laatste mag de luisteraar letterlijk nemen: snelle delen neemt Bosgraaf soms in een duizelingwekkend hoog tempo, zoals het Furioso uit de Sonate in b (HWV 367a). Desondanks zitten alle nootjes precies op hun plaats!
Bij het op barokke manier aanbrengen van de vele versieringen liet Bosgraaf zich inspireren door het vocale karakter van de langzame delen. Hij is met zijn spel niet alleen een uitstekend pleitbezorger van Händels muziek, maar ook van de vaak wat meewarig beziene blokfluit. Klavecinist Francesco Corti is met zijn aanstekelijke, bruisende spel bij dit alles een uitstekende partner.
De opname plaatst beide instrumenten gelijkwaardig aan elkaar in het geluidsbeeld. Het resultaat is een spannende competitie tussen blokfluit en klavecimbel. Een compliment voor Brilliant Classics!
N.a.v. ”Handel - The Recorder Sonatas - Erik Bosgraaf, recorder; Francesco Corti, harpsichord”; Brilliant Classics 93792; € 5,99; bestellen: kruidvat.nl.
Piet Baaijens
Watermuziek en vuurwerk
Händels voormalige werkgever, de keurvorst van Hannover, werd in 1714 gekroond tot koning George I van Groot-Brittannië. Drie jaar later gaf diplomaat baron Von Kielmansegg Händel de opdracht muziek te schrijven ter begeleiding van een boottocht die de koning zou gaan maken over de Theems. Op 17 juli 1717 ’s avonds om acht uur begon de tocht. In de grootste boot zaten vijftig musici. In twee andere zat de rest van het uitvoerend apparaat, dat in totaal zo’n 110 musici telde. Koning George I gaf een souper in Chelsea dat tot twee uur ’s nachts duurde. Vervolgens stapte het gezelschap opnieuw in de boten. Tot Whitehall dreven ze stroomafwaarts, want het was aflopend tij. De Water Music werd die avond drie keer gespeeld, op verzoek van de koning, die na de eerste keer direct verkocht was.
Van de oorspronkelijke partituur is echter geen noot bewaard gebleven. Wel is er een kopie uit 1733 en deze is sindsdien gebruikt voor alle uitvoeringen van het stuk. Mogelijk waren er meer delen, mogelijk ook minder, we zullen het nooit weten.
Het Franse barokensemble Le Concert Spirituel onder leiding van Hervé Niquet heeft zich voor deze gelegenheid uitgebreid tot de bezetting zoals die bij de oorspronkelijke uitvoering is gebruikt. Door het gebruik van authentieke blaasinstrumenten levert deze massaliteit wat de klankverhoudingen betreft geen enkel probleem op. Het klankbeeld blijft rustig en evenwichtig, soms wel eens wat té rustig naar mijn smaak. Iets meer gedrevenheid en ritmische pit hadden het geheel wat meer enerverend kunnen maken.
Dat laatste geldt zeker voor de ook opgenomen ”Music for the Royal Fireworks”, die Händel in 1749 ter ere van de Vrede van Aken componeerde. Echt vlammen doet het niet.
N.a.v. ”Georg Friedrich Haendel - Water Music & Fireworks - Le Concert Spirituel o.l.v. Hervé Niquet”; Glossa (GCDSA 921616); € 19,50.
S. M. W. Bezemer
Organ Concertos
Toetsenist Richard Egarr geldt als een alleskunner, het maakt niet uit op wat voor toetsinstrument. Dat is te horen in zijn uitvoering van de zes orgelconcerten opus 4 van Händel, uitgegeven bij Harmonia Mundi.
De in Amsterdam woonachtige Brit en zijn Academy of Ancient Music, waaraan hij sinds 2006 verbonden is, zijn bezig met een serie cd’s gewijd aan Händel. Eerder namen ze de Concerti Grossi opus 3 op, vorig jaar verschenen de orgelconcerten.
Egarr heeft het zich niet gemakkelijk gemaakt. In zijn interpretatie van deze zes concerten heeft hij zich laten leiden door originele opnames uit de tweede helft van de 18e eeuw. Wat is het geval? In het Engelse Kent wordt een draaiorgel bewaard dat twee rollen heeft waarop het tweede en derde orgelconcert opus 4 van Händel zijn ingespeeld. Niemand minder dan John Christopher Smith, jarenlang de rechterhand van Händel, heeft naar alle waarschijnlijkheid deze rollen ingespeeld.
Wat blijkt? „Het verbazingwekkende van deze interpretatie is de ongelooflijke dichtheid aan ornamentiek; vrijwel geen noot blijft onversierd”, aldus Egarr. Welnu, deze draaiorgelrollen vormden het uitgangspunt voor Egarrs uitvoering van de zes concerten. Dus: veel versieringen, spontaniteit en improvisatie. Hoewel, nog niet de helft zo veel als de draaiorgelversie, zegt Egarr.
De toetsenist bespeelt een vier stemmen tellend portatief uit 2005 met een typisch Engelse klank: zoet en warm. De instrumentalisten van de klein bezette Academy of Ancient Music bespelen 18e-eeuwse instrumenten.
Het resultaat is een verrassende, virtuoze en vitale uitvoering van deze heerlijke orgelconcerten.
N.a.v. ”Handel - Organ Concertos Op. 4 - Academy of Ancient Music o.l.v. Richard Egarr”; Harmonia Mundi (HMU 807446); € 24,95.
Jaco van der Knijff