Na de moord op Theo van Gogh in 2004 hing de man een poster achter zijn raam met daarop onder meer de tekst: ”Stop het gezwel dat Islam heet”. Zowel de rechtbank als het hof in ’s-Hertogenbosch veroordeelde de man tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee weken met een proeftijd van twee jaar.Door de islam aan te duiden als een gezwel liet de actievoerder zich onnodig grievend uit over de islam en, gezien de verbondenheid tussen de islam en zijn gelovigen, ook ten aanzien van de groep mensen die de islam belijden, oordeelde het hof. In het gisteren gewezen arrest oordeelt de Hoge Raad echter dat beledigende uitlatingen slechts strafbaar zijn wanneer deze „onmiskenbaar” betrekking hebben op een bepaalde groep die zich door hun godsdienst onderscheidt van anderen.

Voorwaarde voor een veroordeling is dus dat zo’n groep collectief moet worden getroffen worden in datgene wat hen onderscheidt, namelijk hun godsdienst. Kritiek op opvattingen die in die groep leven is, aldus de Hoge Raad, niet strafbaar, „ook niet als dat gebeurt op zo’n manier dat de aanhangers van die godsdienst daardoor in hun godsdienstige gevoelens worden gekrenkt.”

Als gevolg van deze opvatting gaat de actievoerder, na twee keer te zijn veroordeeld, definitief vrijuit.

Het gerechtshof in Amsterdam gaf onlangs opdracht PVV-voorman Wilders te vervolgen omdat hij door het vergelijken van de islam met het nazisme de moslims als groep zou hebben gediscrimineerd. Volgens de Hoge Raad moet de rechter ook in deze zaak nagaan of Wilders’ uitlatingen onmiskenbaar een bepaalde godsdienstige groep betreffen. Een woordvoerder voegde daar gisteren wel aan toe dat Wilders niet alleen wordt vervolgd wegens groepsbelediging, maar ook voor haatzaaien en discrimineren. „Deze uitspraak betreft alleen groepsbelediging”, benadrukte hij.