Gewond
De zonde heeft een dodende kracht. Iedere zonde die wij doen, is een wond en een doodsteek in onze ziel. O, mijn vrienden, wij hebben onszelf verwond door de zonde en ons aan de eeuwige dood onderworpen. Laat ons niet blijven liggen en sterven in onze wonden, zonder te onderzoeken en te zoeken naar herstel, bijstand en genezing.Het is de pijn van een wond die een mens naar de dokter doet omzien. Mocht ook zo de pijn van de zonde ons brengen tot die grote Medicijnmeester der ziel, Jezus Christus, Wiens bloed die wond alleen kan genezen. Het is als bij de koperen slang bij de Israëlieten. Die was daar gesteld opdat eenieder die gebeten was erop mocht zien en genezen worden van zijn dodelijke wond. Indien u zegt: Welk recht heb ik om op Hem te zien ter genezing? Hij beveelt het u en zegt: Wend u tot Mij en word behouden. U zegt: Zal ik niet tevergeefs komen? O, neen, want… die tot Mij komt en opziet, zal Ik geenszins uitwerpen.
Maar, zult u mij zeggen, mijn wonden zijn oud en ik vrees dat ze ongeneeslijk zijn. Ik heb ze al zo veel jaren gehad. Was ik maar vroeg tot Christus gegaan, dan had Hij mij mogelijk genezen, maar nu denk ik dat Hij niet meer zal willen. Ja, het is waarlijk zeer gevaarlijk om jarenlang onder de banier van de satan te strijden, maar het is voor Hem in Zijn bodemloze liefde hetzelfde. Daarom is er nog hoop voor u.
Ralph Erskine, predikant te Schotland (De kracht der zonde, 1745)