College Deventer weer aan de slag
Het voltallige college van burgemeester en wethouders in Deventer hervat zijn werkzaamheden. Dat hebben de gemeente en de vier coalitiepartijen gisteren bekendgemaakt.
De vijf wethouders stapten in februari op na onenigheid over het nieuw te bouwen stadskantoor. De PvdA-fractie, de grootste partij in de gemeenteraad, wilde een onderzoek naar een mogelijke alternatieve locatie van het ruim 67 miljoen euro kostende nieuwe stadskantoor. Uiteindelijk vroeger de fractievoorzitters van PvdA, GroenLinks, CDA en VVD aan oud-minister en schrijver Jan Terlouw om het college te lijmen.In een gezamenlijke verklaring geven de partijen aan dat continuïteit een jaar voor de gemeenteraadsverkiezingen gewenst is. Er komt een onderzoek naar de kosten van het kantoor, maar een alternatieve locatie wordt niet onderzocht, aldus de partijen. „Soms worden dingen wel eens groter gemaakt dan ze zijn”, stelt PvdA-fractievoorzitter Nijboer. Het was volgens hem nooit de bedoeling om een groot onderzoek te laten doen naar een alternatieve locatie. „De raad heeft ook nooit het vertrouwen in de wethouders opgezegd. Ze zijn zelf opgestapt.”
De nieuwbouwplannen zijn omstreden. Inwoners van de stad, verenigd in een aantal actiegroepen, vrezen onder meer een blijvende aantasting van de middeleeuwse binnenstad. Het gebouw, dat er koepelvormig uit moet gaan zien, zou lelijk staan in het historische stadsgezicht van Deventer. De tegenstanders willen onder andere een referendum over de bouw van het nieuwe stadskantoor.
Het nieuwe stadskantoor en een bibliotheek moeten komen aan het Grote Kerkhof bij de Lebuïnuskerk in het centrum van de Hanzestad.
De gemeentelijke organisatie van Deventer is nu nog verspreid over meerdere locaties in de stad. Een nieuw kantoor zou een oplossing kunnen bieden voor dat probleem.