Weinig vervalsingen eurobiljetten
De eurobiljetten en -munten worden nauwelijks nagemaakt door valsemunters. Dat concludeert de Europese Commissie in een donderdag verschenen rapport over de stand van zaken na een jaar euro. De vervalsingen die zijn aangetroffen, zijn bovendien ’amateuristisch’.
Volgens het rapport ontdekte de Europese Centrale Bank in de eerste helft van dit jaar 22.000 valse briefjes. Dat staat gelijk aan 7 procent van de ’oogst’ in de jaren van voor de euro. De meeste (65 procent) van de valse bankjes zijn vijftigjes. Het rapport schrijft de lage graad van valsemunterij toe aan het feit dat de nieuwe biljetten voorzien zijn van de jongste antinamaaktechnieken.
Het rapport geeft aan dat de introductie van de eurobiljetten en -munten begin dit jaar ook in alle andere opzichten een groot succes was. In een enquête zegt 93 procent van de burgers in eurolanden geen problemen te hebben met het betalen met de nieuwe biljetten. Bij de munten is dat wat minder (69 procent).
Tegelijk met het verschijnen van het rapport beveelt de Commissie, het dagelijks bestuur van de EU, aan om een einde te maken aan het dubbelprijzen. In Nederland gebeurt dat nauwelijks nog, maar in veel andere landen staan de prijzen in de oude munteenheid nog overal vermeld. Daardoor wennen de burgers nooit aan de waarde van de euro, denkt de Commissie. Uiterlijk 30 juni zouden alle winkeliers, restauranthouders en andere handelaars uitsluitend nog in euro moeten prijzen, luidt het advies.
Gemiddeld 42 procent van de burgers denkt al helemaal in euro en 32 procent rekent nog hoofdzakelijk in de oude munteenheid; de rest zit er tussenin. In Duitsland zijn ze nog het minst gewend aan de euro: daar rekent slechts 30 procent helemaal in euro.
De Duitsers hebben ook de meeste scepsis. Waar gemiddeld 50 procent van de bewoners van eurolanden blij is dat de euro een feit geworden is (in Nederland bijna 60 procent), blijft het percentage in Duitsland steken op 28 procent.
Dat komt mede door de vermeende prijsopdrijvingen bij de invoering van de nieuwe munteenheid. In Duitsland is er het felst over gediscussieerd en kreeg de munt de bijnaan Teuro (teuer betekent duur). Overigens zegt het rapport dat de extra inflatie door de euro beperkt is gebleven tot 0,2 procentpunt. Dat de gemiddelde burger er anders over denkt, komt doordat vooral ’zichtbare’ producten zoals een kopje koffie duurder zijn geworden. Andere zaken zoals de huishuur, benzine, of de telefoon zijn precies goed afgerond.