Justitie verzet zich tegen vrijspraak
Het openbaar ministerie is het volslagen oneens met de uitspraak van de Rotterdamse rechtbank in de zaak van vier vermeende terroristen en gaat in hoger beroep.
De rechtbank in Rotterdam sprak woensdag een Fransman, twee Algerijnen en een Nederlander van Ethiopische afkomst vrij van het beramen van een aanslag. Justitie was in actie gekomen op basis van een tip van de AIVD (voorheen BVD), en dat kon volgens de rechtbank niet. Bezwaar was dat de door de AIVD toegepaste onderzoeksmethoden niet te controleren zijn op hun rechtmatigheid.
Op basis van de informatie van de AIVD ging justitie over tot het aanhouden van de verdachten en huiszoekingen. Volgens de rechtbank mag dat niet. De rechters vinden dat het OM eerst zelf onderzoek had moeten doen voordat het tot deze actie overging.
Voorzitter J. de Wijkerslooth van het College van Procureurs-Generaal protesteert fel tegen deze uitspraak. „Als wij een telefoontje krijgen van de AIVD dat er een auto met explosieven onderweg is naar het Binnenhof, zouden we niets kunnen ondernemen. Dan kunnen we ons werk niet meer doen”, zei hij gisteravond in het tv-programma NOVA.
Minister Donner vindt dat de uitspraak van de Rotterdamse rechtbank het bestrijden van terrorisme in Nederland onder druk zet. Er komen nog twee „terreurprocessen” aan. Hij overweegt de wet te wijzigen als ook het hoger beroep in deze zaken leidt tot vrijspraak. Als het OM de informatie van de AIVD niet meer mag gebruiken als basis voor een verdenking, moet het feit eerst zijn gepleegd, stelt Donner. „En terrorisme is bij uitstek een terrein waarbij je dat moet voorkomen.”
Volgens de Franse middagkrant Le Monde levert de vrijspraak een serieus probleem op voor Nederland en voor Europa. „Degenen die de gewoonte hebben Nederland te betichten van laksheid, vinden hierin zeker een nieuw argument.” De vrijspraak is volgens de krant vooral een terechtwijzing van de politici in Den Haag. „Lang hebben die niet geloofd in een terroristische dreiging. Wettelijke instrumenten zijn daarom niet op tijd aangepast, ook al wijzen specialisten Nederland allang aan als een logistieke basis voor allerlei groeperingen.”