Van Uhm: Torn niet aan middelen luchtmacht
Commandant der Strijdkrachten Peter van Uhm vindt dat de luchtmacht met de allerbeste middelen moet worden uitgerust. „Daar mag niet aan worden getornd." Volgens hem wordt het vakmanschap van de piloten van de F–16 in Afghanistan enorm op de proef gesteld. „Wij eisen dit vakmanschap van onze mensen, maar zij mogen vervolgens van ons verwachten dat we ze uitrusten met de allerbeste middelen."
Dat zei Van Uhm donderdag in het Gelredome in Arnhem tijdens zijn toespraak tot militairen die de afgelopen maanden in Afghanistan hebben gediend. Zij kregen de herinneringsmedaille voor vredesoperaties uitgereikt voor hun deelname aan de ISAF–missie van de NAVO.De hoogste militair van Nederland mengt zich hiermee in de politieke discussie over de opvolging van de F–16. Het is geen geheim dat Defensie de voorkeur geeft aan de Amerikaanse Joint Strike Fighter (JSF). Dit toestel presteert volgens Defensie op de meeste punten beter dan de Zweedse concurrent Saab Gripen NG. Binnenkort moet de Tweede Kamer een besluit nemen over de wens van het kabinet om twee JSF–testtoestellen aan te schaffen. Onder meer de coalitiepartijen PvdA en de ChristenUnie zijn daar echter nog niet uit.
Van Uhm prees de verschillende eenheden voor hun werk en wees op het belang van de dagelijkse steun vanuit de lucht. In gevechtscontacten schieten Apache–gevechtshelikopters en F–16–jachttoestellen de grondeenheden te hulp. De Nederlandse F–16–piloten zijn vanaf Kandahar zelfs inzetbaar in heel Afghanistan.
Hij benadrukte dat de keuzes van de piloten gaan over leven en dood op de momenten dat het er daadwerkelijk om spant. „Met uiterste precisie worden onze wapens ingezet met daarbij constant de afweging tussen inzet of terughoudendheid. Als het gaat om het voorkomen van burgerslachtoffers, wordt het vakmanschap van onze militairen enorm op de proef gesteld”, aldus Van Uhm.